Welkom bij de CAPI nieuwbrief! In deze editie vind je de call for abstracts voor het CAPI Symposium én de aankondiging van een nieuw initiatief: de Spread the Science Award. Ook maak je kennis met het CAPI onderzoek over het inwinnen van reisadvies van Iris Scholte. Verder kun je je aanmelden voor het aankomende CAPI Café over inclusief en participatief onderzoek en blikken we terug op de laatste CAPI Academy. Verder hebben we in deze nieuwsbrief weer een nieuwe quizvraag, een update van recent gepubliceerde literatuur, en een bijgewerkte kalender. Veel leesplezier!
Zoals eerder aangekondigd, organiseert het Consortium van Academische werkplaatsen Publieke Gezondheid – Infectieziekten de derde editie van het CAPI Symposium – Besmettelijke kennis op dinsdag 27 januari 2026. Ook ditmaal staat het symposium in het teken van infectieziekte-onderzoek uitgevoerd door én voor GGD’en.
Heb jij via een GGD en/of academische werkplaats publieke gezondheid een infectieziekte-onderzoek uitgevoerd? Dan nodigen we je van harte uit om jouw onderzoek in te dienen en de resultaten te presenteren op het CAPI Symposium! Er is ruimte voor presentaties van onderzoek op het gebied van algemene infectieziektebestrijding, reizigersadvisering, seksuele gezondheid, TBC, en pandemische paraatheid.
Via onderstaande button kun je tot en met vrijdag 14 november 2025 een abstract van jouw onderzoek indienen.
Er kunnen enkel onderzoeken worden ingediend waarvan op de dag van het symposium resultaten gepresenteerd kunnen worden.
CAPI gelooft dat praktijkgericht onderzoek écht impact maakt als de resultaten landen op de juiste plek. Daarom introduceren we op het komende CAPI Symposium op 27 januari 2026 iets nieuws: de Spread the Science Award!
Heb jij infectieziekte-onderzoek gedaan én actief werk gemaakt van het delen van je resultaten met (zorg)professionals, burgers, en andere betrokkenen? En vind je het leuk om anderen te inspireren met jouw aanpak? Dan willen wij jou in het zonnetje zetten! 🔆
Of je nu folders hebt gemaakt, video’s hebt gedeeld, of een webinar hebt georganiseerd: als je jouw resultaten actief hebt verspreid, dan kun jij kans maken op een plek op ons grote podium tijdens het CAPI Symposium om jouw aanpak voor kennisdeling te pitchen. Het publiek bepaalt de winnaar, die naar huis gaat met de Spread the Science Award. De prijs? Een cheque voor een nationaal congresbezoek! Benieuwd naar de procedure? Klik op onderstaande button voor meer informatie!
Mijn naam is Iris Scholte en ik ben junior onderzoeker infectieziektebestrijding bij GGD Hollands Midden. Door verschillende stages tijdens mijn master in Biomedical Sciences ben ik enthousiast geworden over publieke gezondheid, onderzoek en infectieziekten.
Mijn onderzoek richt zich op de beweegredenen van reizigers om wel of geen reisadvies op te zoeken voor reizen met een Europese bestemming. Op de reizigersafdeling van GGD Hollands Midden zagen we in 2024 dat minder dan 2% van de bezoekers die langskwamen voor reisadvies dit deden voor een Europese bestemming. Voor verre reizen zoals naar Azië of Zuid-Amerika wordt vaak wel gedacht aan reisadviezen, maar reizigers naar landen zoals Roemenië en Albanië denken daar niet altijd aan, terwijl voor die landen ook vaccinaties en hygiënemaatregelen worden aangeraden. Daarnaast zijn er ook nog landen waar de te nemen maatregelen afhangen van de reiziger zelf – denk bijvoorbeeld aan iemand met een kwetsbare gezondheid – of van de activiteiten die tijdens de reis worden ondernomen, zoals een langdurige vakantie in bosrijk gebied waardoor mensen meer risico lopen op tekenbeten.
Aan de hand van interviews met reizigers willen we onderzoeken wat bevorderende en belemmerende factoren zijn voor hen om reisadvies in te winnen. Hiervoor gaan we zowel reizigers die wel reisadvies hebben opgezocht interviewen als reizigers die dit niet hebben gedaan. Met deze informatie hopen we reizigers die zich niet bewust zijn van reis-gerelateerde infectieziekterisico’s in Europa maar wel risico lopen, in de toekomst beter te bereiken.
Verder ben ik in mijn vrije tijd graag bij familie en vrienden. Ik lees graag – en doe dat ook veel tijdens mijn reistijd van Amersfoort naar de GGD in Leiden. Ook vind ik buiten zijn heerlijk; of het nou een rondje hardlopen in de buurt is, een wandelweekend in het buitenland of lekker in de moestuin.
Je bent van harte uitgenodigd om deel te nemen aan het volgende hybride CAPI Café op dinsdag 28 oktober van 12:00-13:00 uur bij GGD Gelderland-Zuid! Tijdens dit café duiken we met dr. Tessa van Loenen, senior onderzoeker bij het Radboudumc, in het thema ‘inclusief en participatief onderzoek’. Hoe maak je onderzoek écht inclusief, en kan dat wel? In dit café bespreken we waarom het belangrijk is om onderzoek inclusiever te maken, welke aandachtspunten en valkuilen er zijn, en hoe je participatieve methoden kunt toepassen in je eigen praktijk. Je krijgt praktische handvatten om je onderzoek nog inclusiever in te richten, van het betrekken van deelnemers bij het onderzoeksontwerp tot het omgaan met praktische en ethische aspecten.
Het CAPI Café is geaccrediteerd voor artsen, verpleegkundigen, en deskundigen infectiepreventie.
Ben jij er ook bij? Meld je dan aan via onderstaande button! Je kunt het CAPI Café online bijwonen of fysiek deelnemen bij GGD Gelderland-Zuid.
… het RIVM budget beschikbaar stelt voor vier onderzoeksprojecten op het thema ‘vaccineren en doelgroepen’? Projectaanvragen kunnen zich richten op: (1) vertrouwen opbouwen; (2) gevoelsaspecten; (3) kennis over (verspreiding van informatie in) de doelgroep(en); (4) effectiviteit van initiatieven die de toegankelijkheid tot vaccineren vergroten. Per aanvraag kan 50.000 tot 70.000 euro worden aangevraagd. De deadline voor het indienen van een projectaanvraag is vrijdag 7 november 2025. Klik hier voor meer informatie over deze subsidie-oproep.
Hoe schrijf je een sterk abstract, dat duidelijk in elkaar steekt en voldoet aan de woordenlimiet? Waar moet je op letten tijdens het schrijfproces, en welke valkuilen kun je beter vermijden? Tijdens de afgelopen CAPI Academy gaf dr. Anja van der Schoor, postdoc-onderzoeker bij AWPG Lumens, handige inzichten en schrijftips.
In deze interactieve workshop nam ze ons stap voor stap mee in het schrijfproces. Daarbij kwamen verschillende elementen aan bod, zoals de opbouw van een goed abstract, de aanbevolen schrijfstijl, en de onmisbare onderdelen die in een abstract thuishoren. Aan de hand van een voorbeeld abstract konden deelnemers experimenteren met de do’s en don’ts van het schrijven van een abstract. Vervolgens dingen de deelnemers in kleine groepjes aan de slag met hun eigen abstract. Ieders abstract werd aandachtig bestudeerd en er werd actief feedback gegeven. Bedankt aan alle deelnemers voor deze waardevolle, enthousiaste, sessie!
Ga jij binnenkort ook een abstract schrijven en kun je wel wat praktische handvatten gebruiken? Bekijk dan hier de factsheet, die de belangrijkste tips samenvat!
In de vorige editie van de nieuwsbrief vroegen we welke infectieziekte het vaakst wordt gediagnosticeerd bij teruggekeerde Nederlandse reizigers in de meldingsplichtige surveillance. Het juiste antwoord was “Shigellose”!
De quizvraag van deze nieuwsbrief gaat over het schrijven van abstracts.
Welke van de onderstaande uitspraken over het vermelden van statistische resultaten in een abstract is correct?
Welkom bij onze literatuurupdate van oktober! Hier vind je wetenschappelijke artikelen, vers van de pers, die relevant zijn voor jou als professional in de wereld van infectieziekten.
In een tijd waarin voortdurend onderzoek wordt gedaan naar infectieziekten(bestrijding), is het essentieel om op de hoogte te blijven van de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen.
Daarom hebben wij een literatuurlijst samengesteld met een selectie van artikelen die speciaal relevant zijn voor IZB-medewerkers. Elke twee maanden vullen wij deze lijst aan. Deze keer hebben we 18 artikelen toegevoegd.
Wil je meer weten over de samenstelling van deze lijst? Neem een kijkje op onze website of stuur een e-mail naar info@capi-consortium.nl
16 oktober
RIVM – online EPI Refereerbijeenkomst
13:00u-14:00 – Ontmoet de Dutch Disease Detectives
21 oktober
ECDC Webinar
13.00-14.00 CET – The role of behavioural science and AI for infectious disease control
28 oktober
CAPI Café – Inclusiviteit bij onderzoek
12:00 – 13:00
30 oktober
RIVM – online EPI Masterclass
12:30-13:30 – onderwerp volgt
6 november
Symposium Klimaatadaptatie en Infectieziekten
13:00-17:00 – Rotterdam
6 november
RIVM – online EPI Refereerbijeenkomst
12:30-13:30 – twee presentaties vanuit het centrum Epidemiologie en Surveillance van het RIVM. Meld je aan via EPIrefereer@rivm.nl
7 november
Deadline indiening projectaanvragen RIVM
Thema vaccineren en doelgroepen
12-14 november
13 november
RIVM – online EPI Masterclass
12:30-13:30 – onderwerp volgt
14 november
19 november
Landelijk GHOR Congres – Onze veiligheid in de zorg van morgen!?
‘s-Hertogenbosch
19-21 november
ESCAIDE – Scientific Conference
Warschau
20 november
RIVM – online EPI Refereerbijeenkomst
12:30-13:30 – twee presentaties vanuit het centrum Epidemiologie en Surveillance van het RIVM. Meld je aan via EPIrefereer@rivm.nl
27 november
RIVM – online EPI Masterclass
12:30-13:30 – onderwerp volgt
Wil je meer weten over CAPI? Neem een kijkje op onze website en volg ons op LinkedIn.
Zoals eerder aangekondigd organiseert het Consortium van Academische werkplaatsen Publieke Gezondheid – Infectieziekten de derde editie van het CAPI Symposium – Besmettelijke kennis op dinsdag 27 januari 2026. Ook ditmaal staat het symposium in het teken van infectieziekte-onderzoek uitgevoerd door én voor GGD’en.
Heb jij via een GGD en/of academische werkplaats publieke gezondheid een infectieziekte-onderzoek uitgevoerd? Dan nodigen we je van harte uit om jouw onderzoek in te dienen en de resultaten te presenteren op het CAPI Symposium! Er is ruimte voor presentaties van onderzoek op het gebied van algemene infectieziektebestrijding, reizigersadvisering, seksuele gezondheid, TBC, en pandemische paraatheid.
Via onderstaande button kun je tot en met vrijdag 14 november 2025 een abstract van jouw onderzoek indienen.
Mochten er meer abstracts worden ingediend dan er ruimte is om te presenteren, dan zullen wij een keuze maken welke onderzoeken gepresenteerd kunnen worden. Hierbij houden we rekening met een zo gelijk mogelijke verdeling van GGD-regio’s, academische werkplaatsen en onderzoeksthema’s.
🏆 Dit jaar presenteert CAPI een nieuw onderdeel van het Symposium: de Spread the Science Award!
Heb jij infectieziekte-onderzoek gedaan én actief werk gemaakt van het delen van je resultaten met (zorg)professionals, burgers, en andere betrokkenen? En vind je het leuk om anderen te inspireren met jouw aanpak? Als je jouw resultaten actief hebt verspreid, lees dan hier snel verder!
Welkom terug bij de CAPI nieuwbrief! We hopen dat jullie een hele fijne zomer hebben gehad. We beginnen het academische jaar met een goed gevulde nieuwsbrief vol leuke kennis, aankomende evenementen, en meer! In deze na-zomereditie nodigen we jullie graag uit voor het volgende CAPI Café dat gaat over inclusiviteit bij onderzoek. Ook maak je kennis met PhD kandidaat Bodine Huffels en haar onderzoek naar teststrategieën van het centrum seksuele gezondheid en lees je over een onlangs gepubliceerd CAPI onderzoek over scabiës. Verder kun je nog een laatste plekje bemachtigen voor de CAPI Academy over het schrijven van een abstract, vind je een uitdagende quizvraag, staat er weer een publicatie in de spotlight, én hebben we aankomende evenementen op gebied van infectieziekten voor je gebundeld in de kalender. Heel veel leesplezier!
Je bent van harte uitgenodigd om deel te nemen aan het volgende hybride CAPI Café op dinsdag 28 oktober van 12:00-13:00 uur bij GGD Gelderland-Zuid! Tijdens dit café duiken we met dr. Tessa van Loenen, senior onderzoeker bij het Radboudumc, in het thema ‘inclusief en participatief onderzoek’. Hoe maak je onderzoek écht inclusief, en kan dat wel? In dit café bespreken we waarom het belangrijk is om onderzoek inclusiever te maken, welke aandachtspunten en valkuilen er zijn, en hoe je participatieve methoden kunt toepassen in je eigen praktijk. Je krijgt praktische handvatten om je onderzoek nog inclusiever in te richten, van het betrekken van deelnemers bij het onderzoeksontwerp tot het omgaan met praktische en ethische aspecten.
Het CAPI Café is geaccrediteerd voor artsen, verpleegkundigen, en deskundigen infectiepreventie.
Ben jij er ook bij? Meld je dan aan via onderstaande button! Je kunt het CAPI Café online bijwonen of fysiek deelnemen bij GGD Gelderland-Zuid.
Mijn naam is Bodine Huffels, ik woon in Amsterdam en heb een achtergrond in gezondheidswetenschappen. Tijdens mijn master heb ik twee wetenschappelijke stages gedaan, waarin ik enthousiast ben geworden over onderzoek. Nu ben ik eerstejaars PhD-student bij het Centrum Seksuele Gezondheid (CSGez) van de GGD Rotterdam-Rijnmond. Mijn promotieonderzoek richt zich vooral op het evalueren van alternatieve test- en preventiestrategieën binnen de soa-zorg.
Mijn eerste project richt zich op pre-expositieprofylaxe (PrEP) voor hiv in de regio Rotterdam-Rijnmond. PrEP is essentieel in hiv-preventie en zeer effectief bij goede therapietrouw. Echter, therapietrouw kan worden belemmerd door barrières, zoals de kosten van PrEP. Hoewel bij het CSGez PrEP-zorg – waaronder soa-testen – voor sleutelpopulaties gratis is, moeten cliënten zelf PrEP-pillen aanschaffen bij de apotheek. De prijs voor PrEP varieert van €16 tot €60. Voor sommigen zijn deze kosten helaas te hoog.
Om PrEP toegankelijker te maken heeft het CSGez Rotterdam-Rijnmond PREP2PEER opgezet (PREP2PEER | ggdrotterdamrijnmond.nl). PREP2PEER is een fonds dat mensen ondersteunt die PrEP niet kunnen kopen via de apotheek. Om de impact van dit fonds te vergroten en meer mensen te ondersteunen, worden PrEP-cliënten actief betrokken. Tijdens hun PrEP-consult wordt hen gevraagd of zij een financiële bijdrage aan het fonds willen doen.
Mijn onderzoek evalueert het PREP2PEER-initiatief. Daarbij staat de bereidheid tot het doen van een donatie, (economische) haalbaarheid, duurzaamheid (bv. of mensen meerdere donaties doen over tijd) en algemene acceptatie centraal. We onderzoeken hierbij ook welke factoren, zoals demografisch en sociopsychologisch, van invloed zijn.
Het PREP2PEER-project is halverwege juli begonnen en duurt 1 jaar. Uit de eerste resultaten blijkt dat iets minder dan een derde van de PrEP-cliënten een donatie doet. De eerste 50 tot 60 ingevulde vragenlijsten laten zien dat mensen overwegend positief zijn over het initiatief. Wel wordt er kritiek geuit op het Nederlandse beleid omtrent de eigen bijdrage voor PrEP.
De volgende editie van de online CAPI Academy gaat over het schrijven van een abstract en staat gepland op dinsdag 23 september van 14:00u tot 16:00u. Tijdens deze Academy deelt dr. Anja van der Schoor, onderzoeker bij awpg Lumens, handige tips & tricks en gaan de deelnemers in groepjes aan de slag met hun eigen abstract. Ter voorbereiding op deze Academy dien je uiterlijk maandag 15 september een abstract aan te leveren. Het abstract mag in het Engels of in het Nederlands geschreven worden, met een maximum van 300 woorden. Na afloop van de Academy ontvangt elke deelnemer feedback op het aangeleverde abstract. Handig voor de call for abstracts voor het CAPI Symposium van 2026, die zeer binnenkort wordt uitgezet!
De Academy is bedoeld voor alle GGD’ers die werkzaam zijn binnen de infectieziektebestrijding, seksuele gezondheidszorg, reizigerszorg, en tuberculosebestrijding. Er zijn geen kosten verbonden aan deelname. De CAPI Academy is niet geaccrediteerd.
De Academy zit bijna vol! Wil jij een van de laatste plekken bemachtigen? Meld je dan snel aan via onderstaande button!
Saskia van der Boor en collega-onderzoekers van AWPG AMPHI publiceerden onlangs het artikel ‘X’. Wij feliciteren alle auteurs met deze mooie prestatie! Hieronder lees je een samenvatting van het artikel. Meer weten? Bekijk hier het volledige artikel.
Schurft is bezig met een opvallende comeback in Nederland en andere hoge-inkomenslanden. De huidziekte, die jarenlang relatief zeldzaam was, rukt op—maar aangezien schurft in de meeste gevallen geen meldingsplichtige aandoening is, ontbreken precieze cijfers. De huisarts is vaak het eerste aanspreekpunt bij schurftklachten – maar wat betekent dat voor de dagelijkse praktijk? Deze studie brengt de impact van de stijgende zorglast door schurft in kaart.
Voor dit onderzoek werden gegevens van vijf huisartsenpraktijken onderzocht, met in totaal bijna 40.000 ingeschreven patiënten, om de stijging van schurft in kaart te brengen. We vergeleken de periode met lage incidentie (2014–2020) met de recente piekjaren (2021–2023). Daarbij keken we naar het aantal schurftgerelateerde episodes, hoe snel patiënten naar de huisarts gingen, hoe snel artsen de diagnose stelden én hoeveel zorg er nodig was.
Het aantal schurftgevallen nam fors toe, vooral onder vrouwen en jongeren tussen 17-25 jaar oud. Ook de werkdruk liep op. Het aantal consulten zonder behandeling of vervolgactie van de huisarts daalde, terwijl voorschriften voor behandeling en verwijzingen juist toenamen. Daarentegen werden patiënten iets sneller gezien én wisten huisartsen de diagnose vaker bij het eerste consult te stellen.
Deze stijging in schurftgerelateerde zorg legt een flinke druk op de eerstelijnszorg. Huisartsen en publieke gezondheidsdiensten en zullen beter moeten samenwerken om verdere verspreiding te voorkomen. Vroege herkenning, snelle behandeling en goede samenwerking tussen zorg en beleid zijn daarbij cruciaal om de uitbraak te onderdrukken.
In de vorige editie van de nieuwsbrief vroegen we wat een belangrijke reden is dat AMR moeilijk onder controle te krijgen is op internationaal niveau. Het juiste antwoord, “landen hebben verschillende regels en protocollen rondom antibioticagebruik en infectiepreventie”, werd door 66% van onze lezers goed gekozen!
In deze editie hebben we een uitdagende quizvraag om het academische jaar af te trappen. De koffers worden weer uitgepakt… maar soms reizen er ook ziekteverwekkers mee terug naar Nederland. Welke infectieziekte wordt het vaakst gediagnosticeerd bij teruggekeerde Nederlandse reizigers in de meldingsplichtige surveillance?
Elke twee maanden zetten we een publicatie uit de tweemaandelijkse literatuur update in de spotlight. In deze nieuwsbrief lichten we het artikel: ‘How did Moroccan immigrants in the Netherlands decide with regard to their COVID-19 vaccine uptake? An exploratory qualitative study’ uit, dat is geschreven door Nora Hamdiui, Marion de Vries, Mart Stein, Rik Crutzen, Putri Hintaran, Maria van den Muijsenbergh, en Aura Timen.
Hoewel de COVID-19 vaccinatiegraad in Nederland tijdens de COVID-pandemie vrij hoog was, waren er wel aanzienlijke verschillen tussen gemeenschappen. Zo bleek gedurende de vaccinatiecampagne dat onder mensen met een Marokkaanse migratie-achtergrond de vaccinatiegraad aanzienlijk lager was. Juist onder deze gemeenschap zag men ook een relatief hoger aantal overlijdens door COVID-19, wat de lagere vaccinatiegraad extra zorgwekkend maakte. Daarom is onderzoek gedaan naar het vaccinatiebesluitvormingsproces én het proces van vaccinatie-intentie tot vaccinatie-uptake bij Marokkaanse immigranten in Nederland.
Op basis van 29 interviews met Marokkaanse immigranten in Nederland (eerste of tweede generatie, 16 jaar en ouder) is retrospectief onderzocht hoe zij hun besluitvorming rondom COVID-19-vaccinatie hebben ervaren en vormgegeven.
In plaats van vaccinatie te beschouwen als een collectieve verantwoordelijkheid om de pandemie te bestrijden, zoals vaak werd gecommuniceerd door de overheid, bleek het voor veel respondenten vooral een persoonlijke afweging van risico’s (van de ziekte en het vaccin).
Deze afweging om zich wel of niet te laten vaccineren werd beïnvloed door zorgen over bijwerkingen, religieuze overtuigingen en de mening van familie en vrienden. Informatie kwam uit uiteenlopende bronnen, waaronder informele bronnen zoals sociale media en WhatsApp-berichten, die regelmatig in contrast stonden met formele berichtgeving. Ook hadden deelnemers het gevoel dat de formele bronnen niet transparant waren over onzekerheden en mogelijke nadelen van het vaccin. Dit leidde tot onzekerheid en wantrouwen. Veel deelnemers stelden hun beslissing uit en wachtten af hoe anderen reageerden op het vaccin. Twijfel speelde een centrale rol. Deelnemers voelden zich soms onder druk gezet door campagnes die weinig ruimte boden voor vragen of nuance. In plaats van weerstand tegen vaccinatie was er vooral behoefte aan betrouwbare, toegankelijke en eerlijke informatie die ruimte laat voor vragen en persoonlijke overwegingen.
De auteurs pleiten voor communicatie die aansluit bij de leefwereld van diverse gemeenschappen. Dat vraagt om meer dan alleen het vertalen van informatie: het vereist aandacht voor culturele context, religieuze waarden en de invloed van informele netwerken. Vertrouwen opbouwen begint bij het erkennen van twijfels en het serieus nemen van individuele zorgen. Daarbij is het essentieel om, ook buiten crisissituaties zoals pandemieën, actief samen te werken met sleutelfiguren en organisaties binnen de gemeenschap – zoals moskeeën en buurthuizen – om informatie over (nieuwe) vaccinaties toegankelijk en betrouwbaar over te brengen.
Meer weten over dit onderzoek? Lees hier het volledige artikel.
4 september
NVIB-webinar
13:00u-14:00 – Ontmoet de Dutch Disease Detectives
11 september
Congres Mythen, Missers, Maatwerk + Meesterwerk – Infectieuze Bedreigingen
Hotel en congrescentrum de ReeHorst, Ede
12 september
NVIB Webinar
13:00 – 14:00 – In gesprek met Christian Hoebe en Jeannine Hautvast over het begeleiden van onderzoekers
12 september
RIVM – online EPI Refereerbijeenkomst
12:30-13:30 – twee presentaties vanuit het centrum Epidemiologie en Surveillance van het RIVM. Meld je aan via EPIrefereer@rivm.nl
23 september
CAPI Academy
Schrijven van een abstract – 14:00u – 16:00u
25 september
EPI Masterclass
RIVM – 12:30u – 13:30u
Onderwerp volgt
29 september
Congres
Nationaal Congres Preventie & Gezondheid
2 oktober
PDPC Congres – Navigeren door crises – Data en besluitvorming in
onzekere tijden
Postillion Hotel & Convention Centre WTC Rotterdam
9 oktober
RIVM – online EPI Masterclass
12:30-13:30 – onderwerp volgt
28 oktober
CAPI Café – Inclusiviteit bij onderzoek
12:00 – 13:00
30 oktober
RIVM – online EPI Masterclass
12:30-13:30 – onderwerp volgt
Wil je meer weten over CAPI? Neem een kijkje op onze website en volg ons op LinkedIn.
Welkom bij de laatste editie van de CAPI nieuwsbrief voor de zomervakantie! Leuk dat je meeleest. In deze editie vind je de save the date voor het CAPI Symposium – Besmettelijke kennis 2026. Ook maak je kennis met het onderzoek van CAPI PhD kandidaat Thomas Emonds over vaccinatiebesluitvorming, kun je je aanmelden voor de CAPI Academy over het schrijven van een abstract, en vertelt CAPI onderzoeker Maarten de Jong over het WaterMicro 2025 congres. Daarnaast vind je een oproep voor de rubriek ‘Van onderzoek naar praktijk’, waarin onderzoekers vertellen over de implicaties van hun bevindingen voor de praktijk. Verder hebben we weer een tweemaandelijkse literatuurupdate, een uitdagende quizvraag én een geactualiseerde kalender. Veel leesplezier en een hele fijne zomer gewenst!
Met veel enthousiasme kondigen we de derde editie aan van het CAPI Symposium – Besmettelijke kennis. Ook deze keer staat het symposium volledig in het teken van infectieziekte-onderzoek uitgevoerd door én voor GGD’en. Zet 27 januari 2026 alvast in je agenda!
Voor wie: Zowel medewerkers van de teams Infectieziektebestrijding, Reizigersadvisering, Seksuele Gezondheid, Tuberculosebestrijding en Onderzoek als medewerkers van AWPG – Infectieziekten en andere geïnteresseerden zijn van harte welkom
Kosten: Er zijn geen kosten verbonden aan deelname aan het CAPI Symposium.
Accreditatie: Wordt aangevraagd voor artsen, verpleegkundigen en deskundigen infectiepreventie.
Programma: Informatie over het programma zal in het najaar bekend worden gemaakt, maar we kunnen alvast een tipje van de sluier oplichten: we trappen het symposium af met keynote lecture door Prof.dr. Patricia Bruijning, kinderarts en epidemioloog bij UMC Utrecht.
Heb je een onderzoek uitgevoerd en wil je jouw resultaten presenteren? In september volgt de call for abstracts voor GGD en AWPG medewerkers.
Wereldwijd daalt de vaccinatiegraad, waardoor infectieziekten die eerder grotendeels onder controle waren, weer toenemen. Dit vormt een bedreiging voor de volksgezondheid. Een belangrijke mogelijke oorzaak is dat steeds meer mensen twijfelen over het nut of de veiligheid van vaccinaties; een verschijnsel dat vaak wordt aangeduid als vaccinatietwijfel (vaccine hesitancy).
Hoewel de term veel wordt gebruikt, ontbrak het lange tijd aan een duidelijke en eenduidige wetenschappelijke definitie, waardoor het lastig was om goed onderzoek te doen naar de relatie tussen vaccinatietwijfel en vaccinatiegedrag.
Een recent systematisch literatuuronderzoek (systematic review) heeft deze inconsistentie in de conceptualisering van vaccinatietwijfel in kaart gebracht en stelt een heldere definitie voor: vaccinatietwijfel als een psychologische staat van besluiteloosheid. Hierdoor is het nu wel mogelijk om de relatie tussen vaccinatietwijfel en vaccinatiegedrag zorgvuldig te onderzoeken. Gebaseerd op die definitie, is het doel van ons onderzoek om de relatie tussen vaccinatietwijfel en vaccinatiegedrag te onderzoeken middels een systematische review en een meta-analyse.
Uit de systematische review blijkt dat bij 95 geselecteerde studies, die de strikte definitie van vaccinatietwijfel hanteren, sprake is van aanzienlijke variatie in hoe vaccinatiegedrag wordt gedefinieerd, met name wat betreft de volledigheid en tijdigheid van vaccinatie. Deze bevinding leidde tot de ontwikkeling van vier overkoepelende definities van vaccinatiegedrag, als noodzakelijke stap om de geïncludeerde studies beter vergelijkbaar te maken om de latere meta-analyse te kunnen uitvoeren.
Voor de meta-analyse hebben we ruwe data opgevraagd bij alle auteurs van de review, waarvan in 16 gevallen de gegevens werden verkregen. Momenteel analyseren we de correlatie tussen vaccinatietwijfel en vaccinatiegedrag, en onderzoeken we welke factoren deze relatie beïnvloeden. Voorlopige resultaten wijzen, zoals verwacht, op een negatieve samenhang tussen vaccinatietwijfel en vaccinatiegedrag.
Persoonlijke achtergrond wetenschap en onderzoek
Mijn naam is Thomas Emonds en ik ben werkzaam als promovendus bij de academische werkplaats AMPHI en de afdeling Eerstelijnsgeneeskunde van het Radboudumc Nijmegen. Mijn promotietraject richt zich op vaccinatietwijfel en het besluitvormingsproces rondom vaccinatie. Ik heb een achtergrond in consumentenpsychologie en gedragswetenschappen. Tijdens de start van mijn studies was ik vooral gefascineerd door het economische beslissingsgedrag van mensen. Gaandeweg is mijn interesse echter verschoven naar het bredere vraagstuk van hoe onderzoek naar menselijk gedrag kan bijdragen aan het verbeteren van het welzijn van individuen. Wat me aanspreekt in het doen van onderzoek is de verantwoordelijkheid om iets nieuws en onbekends te ontdekken over menselijk gedrag. Het biedt mij de kans om complexe vraagstukken te doorgronden en deze op een heldere manier over te brengen, terwijl ik intensief samenwerk met collega’s die dezelfde passie delen.
De volgende editie van de online CAPI Academy staat gepland op dinsdag 23 september van 14:00u tot 16:00u. Deze keer staat het schrijven van een abstract centraal – een belangrijke vaardigheid voor onderzoekers die werken aan wetenschappelijke publicaties en een abstract willen indienen voor een congres of symposium.
Tijdens deze Academy deelt dr. Anja van der Schoor van awpg Lumens handige tips & tricks en gaan de deelnemers in groepjes aan de slag met hun eigen abstract. Ter voorbereiding op deze Academy dien je uiterlijk maandag 15 september een abstract aan te leveren. Het abstract mag in het Engels of in het Nederlands geschreven worden, met een maximum van 300 woorden. Na afloop van de Academy ontvangt elke deelnemer feedback op het aangeleverde abstract. Handig voor de call for abstracts voor het CAPI Symposium van 2026, die na de zomervakantie volgt!
De Academy is bedoeld voor alle GGD’ers die werkzaam zijn binnen de infectieziektebestrijding, seksuele gezondheidszorg, reizigerszorg, en tuberculosebestrijding. Er zijn geen kosten verbonden aan deelname. De CAPI Academy is niet geaccrediteerd.
Er is nog een beperkt aantal plekken vrij voor deze Academy. Wil jij erbij zijn? Meld je dan snel aan via onderstaande button!
CAPI PhD-kandidaat Maarten de Jong doet onderzoek op het gebied van rioolwatersurveillance en was mede-organisator van het internationale WaterMicro congres 2025 dat in juni plaatsvond in Amersfoort. Maarten vertelt: WaterMicro is hét tweejaarlijkse congres waar alle experts op het gebied van watermicrobiologie en gezondheid wereldwijd naar uitkijken. Tijdens deze editie werd opnieuw duidelijk hoe sterk de verschillende wetenschappelijke disciplines met elkaar beginnen te verweven. Waar ik normaal gesproken vooral infectieziekte-epidemiologiecongressen bezoek, liet dit congres zien dat water- en infectieziektengerelateerde onderwerpen elkaar steeds vaker tegenkomen.
Diezelfde ontwikkeling zie ik ook bij andere congressen, zoals ESCAIDE, waar rioolwatersurveillance steeds meer aandacht krijgt. Het was ontzettend leerzaam en waardevol voor mijn netwerk om zes dagen lang met dé internationale experts te spreken over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van rioolwatersurveillance. Wat zijn de meest recente methoden voor monstername? Welke innovaties zijn er op analysegebied? En vooral: hoe kunnen we onderzoeksresultaten beter toepassen in de praktijk? Over dat laatste onderwerp werd ik vaak aangesproken — veel deelnemers hadden mijn poster en praatje gezien over de toepasbaarheid van rioolwatersurveillance, en het bleek dat er grote behoefte was aan zo’n overzicht.
Maarten maakte niet alleen deel uit van het organisatiecommitée, maar had ook een grote inhoudelijke bijdrage, met onder andere presentaties over gerichte rioolwatersurveillance bij uitbraken, paneldiscussies en een workshop over hoe om te gaan met infectiegevaar in een warmer wordende wereld. Wij feliciteren Maarten met deze mooie prestatie!
In de vorige nieuwsbrief vroegen we waar de afkorting MeSH voor staat in PubMed. Het juiste antwoord is: Medical Subject Headings. 85% van de lezers die de quizvraag hebben beantwoord, gaf het juiste antwoord!
De quizvraag van deze nieuwsbrief gaat over antimicrobiële resistentie (AMR), wat ook wel de ‘stille pandemie’ wordt genoemd. Hoewel wordt voorspeld dat AMR in de komende 25 jaar verantwoordelijk zal zijn voor zo’n 39 miljoen sterfgevallen wereldwijd, blijft het probleem grotendeels buiten het publieke bewustzijn. Juist daarom is het van cruciaal belang om nu in actie te komen – voordat deze onzichtbare dreiging uitgroeit tot de volgende grote gezondheidscrisis.
Wat is een belangrijke reden dat AMR moeilijk onder controle te krijgen is op internationaal niveau?
Binnen het werkveld van de infectieziektebestrijding wordt op allerlei manieren voortdurend onderzoek gedaan. Maar hoe vertalen deze resultaten zich naar de dagelijkse praktijk binnen de GGD? In deze rubriek gaan we op zoek naar voorbeelden. We brengen recent uitgevoerde studies onder de aandacht die niet alleen wetenschappelijk waardevol zijn, maar ook direct toepasbaar in het veld.
Heb jij onderzoek gedaan dat een brug slaat tussen wetenschap en praktijk? Werk jij aan een studie die relevant is voor de dagelijkse praktijk van de infectieziektebestrijding, of ken je een goed voorbeeld waarin onderzoeksresultaten al met succes zijn geïmplementeerd?
Neem dan contact met ons op via info@capi-consortium.nl, en misschien verschijnt jouw bijdrage wel in één van onze volgende nieuwsbrieven!
Welkom bij onze literatuurupdate van mei! Hier vind je wetenschappelijke artikelen, vers van de pers, die relevant zijn voor jou als professional in de wereld van infectieziekten.
In een tijd waarin voortdurend onderzoek wordt gedaan naar infectieziekten(bestrijding), is het essentieel om op de hoogte te blijven van de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen.
Daarom hebben wij een literatuurlijst samengesteld met een selectie van artikelen die speciaal relevant zijn voor IZB-medewerkers. Elke twee maanden vullen wij deze lijst aan. Deze keer hebben we 18 artikelen toegevoegd. Bekijk hier de literatuurlijst.
Wil je meer weten over de samenstelling van deze lijst? Neem een kijkje op onze website of stuur een e-mail naar info@capi-consortium.nl.
14 juli
NVIB-webinar
13:00u-14:00 – Ontmoet de Dutch Disease Detectives
11 september
EPI Masterclass
RIVM – 12:30u – 13:30u
Onderwerp volgt
23 september
CAPI Academy
Schrijven van een abstract – 14:00u – 16:00u
25 september
EPI Masterclass
RIVM – 12:30u – 13:30u
Onderwerp volgt
29 september
Congres
Nationaal Congres Preventie & Gezondheid
Wil je meer weten over CAPI? Neem een kijkje op onze website en volg ons op LinkedIn.
Welkom bij de CAPI Nieuwsbrief! Leuk dat je meeleest. In deze editie blikken we terug op de eerste CAPI Academy én kondigen we de volgende editie aan die gaat over het schrijven van een abstract. Ook stellen we je graag voor aan CAPI programmacoördinator Lynn Eggink, blikken we terug op het CAPI Café over AMR, en vertelt CAPI jaaronderzoeker Martijn Vink over zijn onderzoek naar scabiës diagnostiek bij asielzoekers. Verder hebben we weer een uitdagende quizvraag voor je klaarstaan, zetten we een bijzondere publicatie in de spotlight, en is de kalender weer bijgewerkt. We wensen je veel leesplezier!
De eerste editie van de CAPI Academy stond in het teken van literatuur zoeken in PubMed en was een groot succes! In een interactieve workshop door informatiespecialist dr. Mitch van Hensbergen hebben de enthousiaste deelnemers waardevolle strategieën geleerd om systematisch literatuur te zoeken in PubMed. De sessie was dynamisch en leerzaam, waarbij volop ruimte was voor vragen en discussie. Ga jij aan de slag met het zoeken van literatuur in PubMed? Klik dan hier om gebruik te maken van een handig zoekplan van de Radboud Universiteit!
De volgende editie van de online CAPI Academy staat gepland op dinsdag 23 september van 14:00u tot 16:00u. Deze keer staat het schrijven van een abstract centraal—een belangrijke vaardigheid voor onderzoekers die werken aan wetenschappelijke publicaties en een abstract willen indienen voor een congres of symposium.
Tijdens deze Academy deelt dr. Anja van der Schoor van awpg Lumens handige tips & tricks en gaan de deelnemers in groepjes aan de slag met hun eigen abstract. Ter voorbereiding op deze Academy dien je uiterlijk maandag 15 september een abstract aan te leveren. Het abstract mag in het Engels of in het Nederlands geschreven worden, met een maximum van 300 woorden. Na afloop van de Academy ontvangt elke deelnemer feedback op het aangeleverde abstract. Handig voor de call for abstracts voor het CAPI Symposium van 2026, die na de zomervakantie volgt!
De Academy is bedoeld voor alle GGD’ers die werkzaam zijn binnen de infectieziektebestrijding, seksuele gezondheidszorg, reizigerszorg, en tuberculosebestrijding. Wil jij deelnemen aan deze CAPI Academy? Meld je dan aan via onderstaande link. Wees er snel bij, want het aantal plekken is beperkt! Er zijn geen kosten verbonden aan deelname. De CAPI Academy is niet geaccrediteerd.
Hoi! Mijn naam is Lynn Eggink en sinds maart 2025 werk ik als programmacoördinator bij CAPI, namens AWPG Lumens. Samen met mijn collega’s houd ik me bezig met het organiseren van het jaarlijkse CAPI-symposium, coördineer ik scholingsactiviteiten zoals de CAPI-academies en cafés, verzorg ik de tweemaandelijkse literatuurupdate en houd ik onze LinkedIn en deze nieuwsbrief bij.
Daarnaast ben ik actief binnen de onderzoeksgroep Infectieziektebestrijding van GGD Haaglanden en GGD Hollands-Midden, vanuit awpg Lumens. Ik ben hier betrokken bij diverse onderzoeksprojecten, draag bij aan de communicatie naar specifieke doelgroepen en ondersteun de onderzoekshelpdesk van de awpg Lumens-website.
Ik krijg energie van organiseren, plannen en mensen in beweging brengen. Wat ik het belangrijkst vind? Dat onderzoek niet op de plank blijft liggen, maar écht iets doet in de praktijk. Hoe zorgen we ervoor dat kennis bijdraagt aan betere zorg en gezondheid, en aansluit bij wat professionals en burgers nodig hebben? Juist dát vraagstuk drijft mij.
Die drive begon tijdens mijn bachelor Gezondheid en Maatschappij in Wageningen, waar ik leerde hoe gezondheid verweven is met gedrag, beleid en maatschappelijke structuren. In mijn master Global Health aan de VU verdiepte ik me in internationale gezondheidsvraagstukken en het verbinden van praktijk en wetenschap – precies wat ik nu met veel plezier in de praktijk breng.
In mijn vrije tijd ben ik vaak onderweg, of het nu voor werk is, een bezoek aan vrienden, of tijd met familie. Ik geniet ervan om nieuwe plekken te ontdekken en nieuwe ervaringen op te doen. Daarnaast blijf ik graag actief met pilates, volleybal, skeeleren etc!. En tenslotte maak je me altijd blij met livemuziek, of het nu een groots festival is of een klassiek concert!
Op 3 juni vond het zesde CAPI Café plaats bij GGD Zuid-Limburg. Deze keer sprak dr. Petra Wolffs, medisch moleculair microbioloog bij Maastricht UMC, over antimicrobiële resistentie (AMR). Ze gaf een diepgaande presentatie over de moleculaire ins en outs van AMR: wat houdt dit fenomeen precies in? Hoe ontstaat het, en hoe verspreidt het zich? Welke mechanismen heeft een bacterie in huis om resistent te zijn? En hoe groot is het wereldwijde probleem? We hebben deze boeiende editie van het CAPI Café beknopt voor je samengevat in een factsheet. Neem een kijkje via onderstaande button!
Martijn Vink, CAPI jaaronderzoeker bij CEPHIR
In het kader van mijn CAPI jaaronderzoek heb ik in het afgelopen jaar onderzoek gedaan naar scabiës onder asielzoekers. Uit verschillende bronnen was mij al duidelijk geworden dat in asielzoekerscentra scabiës een groeiend en soms moeilijk te controleren probleem is. In mijn onderzoek wilde ik nagaan of de ziekte bij binnenkomst met een aantal gerichte screeningsvragen te detecteren was. Ook wilde ik kijken of er specifieke risicofactoren waren voor de ziekte.
Er was geen relatie met het land van herkomst. Veel asielzoekers lopen de ziekte namelijk op tijdens de vlucht, bv. in vluchtelingenkampen of gevangenissen. Omdat vrouwen in het algemeen kiezen voor minder risicovolle vluchtroutes, hebben zij ook minder vaak scabiës. Van de verschillende geteste (combinaties van) screeningsvragen was de vraag naar ‘nachtelijke jeuk’ het meest sensitief voor de diagnose ‘scabiës’. Asielzoekers met scabiës hadden gemiddeld 4,1 maand klachten voordat de diagnose werd gesteld. In de tussentijd had de ziekte zich vaak naar meerdere lichaamsdelen verspreid.
Onze onderzoeksresultaten gaan wij bespreken met het GZA (Gezondheidszorg Asielzoekers). Ons voorstel is om asielzoekers bij binnenkomst in Nederland gericht te screenen op scabiës. Hiermee voorkom je veel ziektelast en waarschijnlijk veel secundaire infecties in volgende AZC’s.
Ik vond het een voorrecht om dit onderzoek uit te voeren. Ik heb veel geleerd van de interviews met de asielzoekers, ook over de redenen waarom mensen vluchten en de moeilijkheden die zij onderweg tegenkomen. Door de talenkennis van Aziza namen asielzoekers ons snel in vertrouwen. De onderzoeksvoorbereiding duurde lang, ook omdat wij alle partijen ‘aan boord’ moesten krijgen. Het was hierbij essentieel om deze partijen vanaf het begin bij de onderzoeksopzet te betrekken. Door de afnemende asielzoekersinstroom was het moeilijk om te gewenste steekproefgrootte te bereiken. Wij zijn hierdoor langer doorgegaan met de inclusie dan aanvankelijk gepland.
In de vorige nieuwsbrief vroegen we welke factor de specificiteit van een PCR bepaalt. Het juiste antwoord was de sequentie van de primers. Maar liefst 65% van de lezers die de quizvraag hebben beantwoord, had het juiste antwoord gegeven! Gefeliciteerd!
In de eerste editie van de CAPI Academy over literatuur zoeken in Pubmed hebben we geleerd hoe je een goede zoekopdracht maakt en hoe je handige functies van PubMed gebruikt, zoals MeSH termen. Maar, waar staat de afkorting MeSH eigenlijk voor in PubMed?
Elke twee maanden zetten we een publicatie uit de tweemaandelijkse literatuur update in de spotlight. In deze nieuwsbrief lichten we het artikel “Infection prevention and control without borders: comparison of guidelines on multidrug-resistant organisms in the northern Dutch-German cross-border region” uit, dat is geschreven door Cansu Cimen, Matthijs S Berends, Mariëtte Lokate, Corinna Glasner, Jörg Herrmann, Erik Bathoorn, Axel Hamprecht, en Andreas Voss.
Bijna 40% van de EU-bevolking woont in een grensregio, waar patiënten regelmatig zorg over de grens zoeken. In het noordelijke Nederlands-Duitse grensgebied (Ems-Dollard gebied) gebeurt dit al jaren intensief, wat ook risico’s meebrengt voor de verspreiding van bijzonder resistente micro-organismen (BRMO’s), oftwel bacteriën die ongevoelig zijn voor meerdere soorten antibiotica. Omdat BMRO-infecties erg moeilijk te behandelen zijn, nemen ziekenhuizen preventie- en bestrijdingsmaatregelingen bij BMRO’s zoals patiënt-isolatie, extra hygiënemaatregelen, en screening in risicogroepen. Deze maatregelingen zijn opgenomen in nationale protocollen.
Maar hoe zit dit in grensgebieden, bijvoorbeeld in het Ems-Dollard gebied? Deze recente vergelijkende studie brengt opvallende verschillen aan het licht in infectiepreventiemaatregelen (IPC) voor BRMO’s tussen Nederland en Duitsland. De onderzoekers analyseerden zowel nationale richtlijnen als de lokale protocollen van twee academische ziekenhuizen in het Nederlands-Duitse grensgebied; het UMCG in Groningen en het Klinikum Oldenburg in Oldenburg. Opvallend is dat de Nederlandse richtlijnen vaak centraler en strikter zijn, terwijl Duitsland – mede door de federale structuur – juist meer ruimte laat voor lokale invulling.
De studie richtte zich specifiek op richtlijnen rond drie groepen BRMO’s: vancomycineresistente enterokokken (VRE), ESBL-producerende Enterobacterales (ESBL-E) en carbapenemase-producerende Enterobacterales (CPE/CRE). Met behulp van documentanalyse vergeleken de onderzoekers de richtlijnen met betrekking tot de gehanteerde definities (zoals de laboratoriumcriteria om een bacterie als BRMO te classificeren), screeningscriteria, isolatiemaatregelen en uitgangspunten voor het opheffen van isolatie. Ook epidemiologische verschillen werden in kaart gebracht. Zo bleek de prevalentie van VRE in Duitse ziekenhuizen in het Ems-Dollard gebied tot 30 keer hoger dan in Nederlandse, wat deels kan samenhangen met verschillen in screeningsbeleid.
Dit onderzoek benadrukt het belang van goede afstemming bij grensoverschrijdende patiëntenzorg. In grensregio’s zoals de Eems-Dollard is het essentieel dat zorginstellingen elkaar begrijpen en informatie over BRMO-dragers efficiënt uitwisselen. De studie benadrukt dat verschil in definities en richtlijnen – zoals het wel of niet screenen op ESBL-E – dit belemmert. Daarom bevelen de auteurs meer samenwerking en harmonisatie aan, bijvoorbeeld in de vorm van gezamenlijke afspraken of een cross-border labelsysteem. Eerder succes van MRSA-Net heeft aangetoond aan dat zo’n aanpak werkt. GGD’en kunnen hierin een cruciale rol spelen: door zorgnetwerken te verbinden, informatie-uitwisseling te stroomlijnen, gezamenlijk overleg te faciliteren en te zorgen dat infectiepreventie niet stopt bij de grens.
Meer weten over dit onderzoek? Lees hier het volledige artikel.
5 juni
Symposium
Gedrag & Pandemieën – RIVM
5-6 juni
WEON congres
Leiden
11 juni
Promotie
Beyond the red lights: Understanding the STI/HIV burden and sexual healthcare needs of home-based and migrant sex workers – Charlotte Peters, AWPG Mosa
12 juni
Masterclass
RIVM EPI Masterclass – 12:30u-13:30u – onderwerp volgt
18 juni
Meet&Greet
Soa Aids Nederland – Utrecht
14 juli
NVIB-webinar
13:00u-14:00 – Ontmoet de Dutch Disease Detectives
Wil je meer weten over CAPI? Neem een kijkje op onze website en volg ons op LinkedIn.
Welkom bij de CAPI nieuwsbrief! Leuk dat je meeleest. In deze editie vind je de aankondiging voor het komende CAPI Café, waar antimicrobiële resistentie centraal staat. Ook maak je kennis met CAPI jaaronderzoeker Rosa van Hoorn en CAPI programmacoördinator Elfi Brouwers. Daarnaast nieuw in deze editie: de rubriek ‘Van onderzoek naar praktijk’, waarin onderzoekers vertellen over de implicaties van hun bevindingen voor de praktijk. Verder hebben we weer een tweemaandelijkse literatuurupdate, een uitdagende quizvraag én een geactualiseerde kalender voor de komende twee maanden. Veel leesplezier!
Op dinsdag 3 juni van 12:00 uur tot 13:00uur vindt het volgende hybride CAPI Café plaats bij GGD Zuid-Limburg! Tijdens deze editie zal dr. Petra Wolffs, medisch moleculair microbioloog bij Maastricht UMC, ons aan de hand van voorbeelden uit de publieke gezondheidszorg meer vertellen over antimicrobiële resistentie (AMR). Wat houdt AMR precies in en hoe vaak komt het eigenlijk voor, wereldwijd en in Nederland? Dr. Petra Wolffs legt uit hoe bacteriën antibioticumresistentie ontwikkelen én besteedt aandacht aan factoren die bijdragen aan de verspreiding van antibioticumresistentie. Ook wordt uitgelegd hoe deze verspreiding kan worden voorkomen. Tot slot wordt besproken hoe de publieke gezondheidszorg bij kan dragen aan het verminderen van verspreiding, aan de hand van voorbeelden van praktijkgericht onderzoek naar AMR.
Ben jij erbij? Meld je dan aan via onderstaande button! Je kunt zowel online als fysiek deelnemen.
Mijn naam is Rosa van Hoorn, ik heb een achtergrond in gezondheidswetenschappen, gericht op infectieziekten en publieke gezondheid en ben bij GGD Haaglanden gaan werken tijdens de COVID-19-pandemie. Daar heb ik meegewerkt aan de monitoring en surveillance van SARS-CoV-2. Al snel merkte ik dat mijn interesse vooral lag bij onderzoek.
Met twee gehonoreerde subsidies – een stimuleringsimpuls pandemische paraatheid via ZonMw en een regioproject gefinancierd door RIVM Cib – zijn we vorig jaar gestart met onderzoek naar testbereidheid tijdens infectieziektenuitbraken onder inwoners van de regio’s Hollands Midden en Haaglanden.
Vanaf januari dit jaar heb ik via CAPI en de AWPG Lumens de mogelijkheid gekregen om verder te werken binnen deze onderzoekslijn en daar ben ik heel blij mee. Naast dat ik bij de GGD Haaglanden werk heb ik ook een gastaanstelling bij de Universiteit Leiden, afdeling Gezondheids-, Medische en Neuropsychologie, wat handig is mbt de samenwerking.
De aanleiding van ons onderzoek is dat GGD’en signaleren dat een test vaker wordt geweigerd, wat zorgelijk is gezien de toenemende dreiging van uitbraken en de dalende vaccinatiegraad. Daarom is de centrale vraag van het onderzoek: welke factoren beïnvloeden de testbereidheid bij een infectieziektenuitbraak?
Via interviews onderzoeken we testbereidheid van inwoners en de onderliggende drijfveren en barrières. We nemen de deelnemers mee in een hypothetische vogelgriepuitbraak die overdraagbaar is van mens-op-mens. De informatie die we uit de interviews halen is van groot belang om bij een toekomstige infectieziekte uitbraak beter te kunnen inspelen op de behoeften en wensen van de inwoners. Op deze manier dragen we bij aan een aanpak op maat voor testen tijdens toekomstige uitbraken. Binnenkort starten we ook een kwantitatieve vervolgstudie naar testbereidheid tijdens bron- en contactonderzoek.
In mijn vrije tijd ben ik graag met mijn gezin, familie of vrienden. Ik vind het leuk om zelf kleding te maken, te koken/bakken en te lezen. Maar het meest ontspannen word ik van hardlopen in de natuur. Ik heb in februari dit jaar mijn eerste trailmarathon gelopen in de omgeving van Noordwijk (zie foto).
Mijn naam is Elfi en ik ben een van de vijf programmacoördinatoren van CAPI, vanuit de AWPG Mosa. Sinds de oprichting in 2023 ben ik met veel plezier aan het werk binnen het Consortium en betrokken als programmacoördinator en secretaris. Mijn hoofdtaken zijn afstemming met de andere 4 AWPG’en op het gebied van juridische zaken als samenwerkingsovereenkomsten opstellen, vragen bij alle GGD’en ophalen, zorgen dat processen blijven lopen en ondersteuning van de programmaleiders op allerhande vlak als informatie opvragen over bijv. financiën, personeel, bijdrage aan opleidingen etc.
Naast mijn taken bij CAPI ben ik ook projectcoördinator en onderzoeker/epidemioloog bij AWPG Mosa/ GGD Zuid-Limburg. Daar draag ik bij aan projectondersteuning van alle onderzoekers en hou ik (mede) overzicht op lopende projecten, financiën, personeel, etc., en neem ik deel aan het MT en Coaching en Coördinatie team van onze AWPG.
Ik ben sinds 2003 werkzaam in de GGD wereld en heb diverse functies gehad als verpleegkundige soa-bestrijding, reizigers advisering, tuberculosebestrijding, unithoofd. Daarnaast heb ik als coördinator het Lokaal zorg Arrangement binnen de TBC zorg in Zuid-Limburg, een samenwerkingsverband tussen GGD Zuid-Limburg en het Academisch Ziekenhuis Maastricht (MUMC+) mee vorm gegeven. Naast mijn andere werkzaamheden ben ik bezig met een PhD-traject bij onderzoeksschool CAPHRI bij universiteit Maastricht, vanuit AWPG Mosa. Ik onderzoek het vóórkomen en de risicogroepen van hepatitis B, hepatitis C en hiv. Afgelopen jaren heb ik onderzoek gedaan naar migrantengroepen, gedetineerden in een Limburgse gevangenis en heb ik een studie naar prikaccidenten buiten de ziekenhuissetting gedaan.
Ik heb een superleuke baan: De verbinding mogen maken tussen praktijk, onderzoek en beleid. Ik ben geen wetenschapper uit alleen de boeken. Ik kijk vanuit mijn visie als onderzoeker met een andere blik dan wanneer ik als verpleegkundige kijk. Hierdoor kan ik steeds een mooie combinatie van inzichten in onze projecten meenemen.
Ik ben mama van 2 puberdochters, loop graag hard of wandel met onze hond en ik ga graag iets gezelligs doen met vrienden. Oh ja, ik maak ook nog graag stedentrips en verre reizen. Eigenlijk verveel ik me nooit 😉
In de vorige nieuwsbrief vroegen we wat het betekent dat antilichamen tegen het usutuvirus bij kippen na ongeveer 20 weken snel afnemen. Het juiste antwoord was dat personen (of dieren) na ongeveer vijf maanden minder beschermd kunnen zijn tegen een nieuwe infectie door hetzelfde virus. 74% van de lezers die de quizvraag hebben beantwoord, had het juiste antwoord gegeven!
In de rubriek ‘Van onderzoek naar praktijk’ heb je gelezen over de toepassing van een PCR-test om Hepatitis A te diagnosticeren. De quizvraag voor deze maand is:
Welke factor bepaalt vooral de specificiteit van een PCR, oftewel welk DNA-fragment wordt gekopieerd?
Binnen het werkveld van de infectieziektebestrijding wordt op allerlei manieren voortdurend onderzoek gedaan. Maar hoe vertalen deze onderzoeksresultaten zich naar de dagelijkse GGD-praktijk? In deze nieuwe rubriek zoomen we in op de praktijkrelevantie van recent uitgevoerde studies uit het werkveld.
Deze maand lees je over de toepassing van feces-PCR, waar onderzoek naar is gedaan door Marloes Stradmeijer, Harry Vennema, Irene Vroom, Diane de Zwart-Slats, Joan Roozemond, Petra Ligthart, Ellen Verspui-van der Eijk en Rosaline van den Berg. Dit onderzoek was een samenwerking tussen GGD Hollands Midden, GGD Zuid-Holland Zuid, en het RIVM.
Feces-PCR: een goede diagnostische optie bij het bestrijden van een hepatitis A-uitbraak in de gehandicaptenzorg
Eind 2023 kregen we in de GGD-regio’s Zuid-Holland Zuid en Hollands-Midden te maken met twee uitbraken van hepatitis A binnen dagopvanglocaties van dezelfde koepelorganisatie voor (meervoudig) gehandicapte kinderen en jongvolwassenen, waarvoor in beide GGD-regio’s een uitbraakonderzoek is uitgevoerd. Gebrekkig hygiënebesef van de cliënten, atypische klachtenpresentatie en intensieve contacten met zorgprofessionals – vaak verspreid over verschillende zorglocaties – zijn bekende risicofactoren voor transmissie van hepatitis A binnen deze doelgroep – factoren die tevens een uitdaging in het uitbraakmanagement van hepatitis A vormen.
Conform de richtlijn werden vaccinaties aangeboden en werd bloedafname voor diagnostiek overwogen, maar dit laatste bleek vaak een drempel bij deze doelgroep van (meervoudig) gehandicapte kinderen/jongvolwassenen, en kon daardoor niet laagdrempelig worden ingezet. De inzet van feces-PCR werd wél laagdrempelig geaccepteerd en was een patiëntvriendelijk alternatief dat ons in staat stelde om snel en gericht maatregelen te treffen. Daarmee droeg het bij aan de beheersing van de uitbraak én het beschermen van deze kwetsbare doelgroep. Het bleek ook een goede keuze te zijn bij contacten buiten de instellingen, zeker omdat een deel van de diagnostiek verricht werd in het belang van de publieke gezondheidszorg en niet in het individuele belang.
Adviezen voor de praktijk
Wanneer je te maken hebt met een hepatitis A-uitbraak in de gehandicaptenzorg of onder kinderen, overweeg dan het inzetten van feces-PCR. Met feces-PCR is diagnostiek mogelijk, ook wanneer bloedafname lastig of niet haalbaar is. Dit vergroot het zicht op de uitbraak en maakt gerichtere bestrijdingsmaatregelen mogelijk. Bovendien kunnen met feces-PCR ook asymptomatische of vroeg geïnfecteerde personen worden opgespoord, wat van grote waarde is bij het indammen van verdere verspreiding.
Welkom bij onze literatuurupdate van mei! Hier vind je wetenschappelijke artikelen, vers van de pers, die relevant zijn voor jou als professional in de wereld van infectieziekten.
In een tijd waarin voortdurend onderzoek wordt gedaan naar infectieziekten(bestrijding), is het essentieel om op de hoogte te blijven van de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen.
Daarom hebben wij een literatuurlijst samengesteld met een selectie van artikelen die speciaal relevant zijn voor IZB-medewerkers. Elke twee maanden vullen wij deze lijst aan. Deze keer hebben we 22 artikelen toegevoegd. Bekijk hier de literatuurlijst.
Wil je meer weten over de samenstelling van deze lijst? Neem een kijkje op onze website of stuur een e-mail naar info@capi-consortium.nl
8 mei
CAPI Academy
Literatuur zoeken in PubMed – 14:00u – 16:00u
8 mei
Masterclass
EPI – 12:30u-13:30u
Changing epidemiology of influenza A(H5) viruses in animals, with implications for human health risks
19-23 mei
Infectiepreventieweek
20 mei
Webinar
RIVM – 12.00u -13.00u
Ervaren pandemische paraatheid in Nederland
20 mei
Webinar
ECDC’s Lighthouse webinar – 13.00 -14.00 CET
Behavioural science in action: Social and behavioural science in outbreak investigation and response
22 mei
Webinar
Regionale Zorgnetwerken AMR – MUIZ in de Praktijk:
Signaleren, Delen, Handelen – 19:00u – 20:30u
22 mei
Masterclass
EPI – 12:30u-13:30u – onderwerp volgt
3 juni
CAPI Café
Antimicrobiële resistentie – 12:00u – 13:00u
5 juni
Symposium
Gedrag & Pandemieën – RIVM
12 juni
Masterclass
EPI – 12:30u-13:30u – onderwerp volgt
26 juni
Masterclass
EPI – 12:30u-13:30u – onderwerp volgt
Wil je meer weten over CAPI? Neem een kijkje op onze website en volg ons op LinkedIn.
Welkom bij deze lente-editie van de CAPI nieuwsbrief! Leuk dat je meeleest. In deze editie blikken we terug op het CAPI Café over wet- en regelgeving bij infectieziekteonderzoek, vertelt PhD kandidaat Laura Boogaard over haar onderzoek gericht op de infectielast van arbeidsmigranten en blikken we vooruit op de komende CAPI Academy. Ook stelt CAPI programmacoördinator Jonna Wijburg zich voor, en kun je kennis maken met de nieuwste CAPI publicatie van Daniel Franken. Ook staat er een publicatie in de spotlight van onze tweemaandelijkse literatuurupdate, vind je weer een nieuwe quizvraag en is de kalender bijgewerkt. Kortom: een goed gevulde nieuwsbrief! Veel leesplezier!
Op 11 maart vond het CAPI Café over wet- en regelgeving bij infectieziekte-onderzoek plaats op locatie bij GGD Amsterdam. Tijdens haar overzichtelijke presentatie nam Dr. Marjolein Booij, onderzoekscoördinator bij de afdeling infectieziekten van GGD Amsterdam, ons mee in de verschillende wetten en processen die van belang zijn bij het doen van medisch wetenschappelijk onderzoek met mensen. Wij hebben de take-home messages van dit CAPI Café voor je op een rijtje gezet. Benieuwd? Klik dan op onderstaande button!
Arbeidsmigratie is de voornaamste reden voor internationale migratie. In Europa is 1 op de 10 werknemers arbeidsmigrant en dit aantal zal blijven stijgen. De verwachting is dat praktisch geschoolde arbeidsmigranten in laagbetaalde sectoren een hogere infectieziektelast en slechtere toegang tot zorg hebben, door factoren gerelateerd aan migratie en een lage sociaaleconomische status. Het doel van dit promotietraject is om het inzicht te vergroten in (determinanten van) infectieziektelast bij praktisch geschoolde arbeidsmigranten in Europa, evenals hun behoefte aan, gebruik van en ervaring met de zorg voor deze infectieziekten.
Hiertoe combineren we kwalitatieve en kwantitatieve methoden. Twee van de kwantitatieve studies focussen op het voorkomen van, risicofactoren voor en verspreiding van COVID-19. Voor de studie die nu loopt werken diverse GGD-en samen om data te verzamelen over meldingsplichtige infectieziekten en gerelateerd zorggebruik bij arbeidsmigranten. Een kwalitatieve studie richt zich op de ervaringen en behoeften van arbeidsmigranten met betrekking tot zorg voor infectieziekten, en op barrières en bevorderende factoren daarin.
Uitgelicht: Binnen dit PhD-traject hebben we een systematisch literatuuronderzoek uitgevoerd naar infectieziektelast bij praktisch geschoolde arbeidsmigranten die werken in de EU. We zochten in de belangrijkste databases op systematische wijze studies over morbiditeit, mortaliteit en zorggebruik van infectieziekten bij deze doelgroep. Ruim vijftig studies bleken verricht te zijn op dit onderwerp. Het merendeel van de studies richt zich op morbiditeit. De helft betreft studies naar infectieziektelast voor SOA, HIV en hepatitis B en C in sekswerkers. De infectieziektelast voor deze ziekten bleek over het algemeen verhoogd in deze groep arbeidsmigranten. Studies naar COVID-19 bleken ook veel voorkomend, en gericht op arbeidsmigranten in een breder scala aan beroepen, zoals landbouw en industrie. Deze resultaten worden momenteel geanalyseerd.
In de vorige nieuwsbrief kondigden we de eerste editie van de CAPI Academy aan: een online workshop op 8 mei van 14:00 – 16:00 uur, waarin we aan de slag gaan met strategieën om systematisch literatuur te zoeken in PubMed.
We zijn blij dat we in een korte tijd veel aanmeldingen hebben ontvangen! De workshop is inmiddels vol en de inschrijving is gesloten. Je kunt je nog wel aanmelden voor de wachtlijst door te mailen naar info@capi-consortium.nl. Wanneer er een plek vrijkomt, krijg jij als eerste bericht!
CAPI PhD-kandidaat Daniel Franken publiceerde onlangs het artikel: ‘Adherence to stand-by emergency treatment and mosquito protection measures in short-term travellers to moderate malaria risk areas’. Wij feliciteren Daniel en co-auteurs met deze publicatie!
Malaria blijft een bedreiging voor reizigers naar (sub)tropische gebieden. Dit onderzoek beoordeelde de naleving van malariapreventiemaatregelen onder reizigers naar malariagebieden met een matig risico, waaronder het gebruik van stand-by-noodbehandeling (SBET), het zoeken van gezondheidszorg tijdens koorts en maatregelen ter bescherming tegen muggen.
Van de 686 gerekruteerde reizigers vulden er 405 (59%) het dagboek in. Van deze reizigers kreeg 44% vóór de reis een SBET voorgeschreven, hoewel vermoedelijk slechts een klein deel van hen daadwerkelijk op afstand reisde. Geen van de 25 reizigers die koorts rapporteerden, gebruikte het voorgeschreven SBET en vijf zochten medische hulp. Vijfendertig procent van de deelnemers gebruikte DEET en 5% gebruikte een klamboe op ≥75% van de nachten met malariarisico. Een langere reisduur was geassocieerd met een lager DEET-gebruik.
Weinig reizigers met koorts gebruikten SBET of zochten medische hulp, ondanks hun advies vóór de reis. Om kosten en verspilling van medicatie te beperken, zou SBET alleen moeten worden geadviseerd aan reizigers die naar zeer afgelegen gebieden reizen waar medische hulp ontoegankelijk is. Verder onderzoek moet zich richten op de gedragsconcepten die aan deze keuzes ten grondslag liggen.
Mijn naam is Jonna en ik ben een van de vijf programmacoördinatoren van CAPI, vanuit de AWPG CEPHIR. Al anderhalf jaar zet ik me met veel plezier in voor het consortium. Wat ik zoal doe? Samen met mijn collega’s organiseer ik het jaarlijkse CAPI Symposium, coördineer ik het scholingsaanbod – zoals de CAPI Cafés en Academies – en stellen we de tweemaandelijkse literatuurupdate en deze nieuwsbrief samen.
Naast mijn taken bij CAPI ben ik ook junior onderzoeker bij de GGD Rotterdam-Rijnmond. Daar heb ik onderzoek gedaan naar no-shows bij het Centrum Seksuele Gezondheid. Door middel van statistische analyses bracht ik in kaart welke factoren hierop van invloed zijn, zodat we gerichter kunnen werken aan oplossingen. Daarnaast ben ik betrokken bij projecten over transmissie van orale gonorroe en maternale kinkhoestvaccinatie.
Mijn werk bij zowel CAPI als de GGD sluit helemaal aan bij wat ik belangrijk vind: wetenschap toegankelijk maken en bijdragen aan verbeteringen die direct impact hebben op de samenleving. Dit ontdekte ik al tijdens mijn studie Biomedische Wetenschappen in Bordeaux (Frankrijk), toen ik als gids in een wetenschapsmuseum werkte. Daar werd ik me ervan bewust hoe belangrijk het is om wetenschappelijke kennis op een boeiende manier over te brengen– bij voorkeur al op jonge leeftijd, om zo de kloof tussen wetenschap en maatschappij te verkleinen. Dit motiveerde me om een tweede master te doen: Global Health aan de VU, waarmee ik mijn ambitie verder kon verdiepen.
Ook buiten mijn werk blijft mijn nieuwsgierigheid mij drijven. Ik volg graag nieuwe interessante cursussen (momenteel ‘documentaire maken’!), leer graag talen en reis het liefst avontuurlijk – liftend en wildkamperend, omdat je zo de meest onverwachte mensen, situaties en plekken tegenkomt. Daarnaast ben ik vaak creatief bezig en heb ik misschien iets te veel hobby’s.
Elke twee maanden zetten we een publicatie uit de tweemaandelijkse literatuur update in de spotlight. In deze nieuwsbrief lichten we het artikel “Sentinel chicken surveillance reveals previously undetected circulation of West Nile virus in the Netherlands” uit, dat is geschreven door Kiki Streng, Nnomzie Atama, Felicity Chandler, Rody Blom, Henk van der Jeugd, Maarten Schrama, Marion Koopmans, Wim van der Poel, en Reina Sikkema.
Surveillance van sentinelkippen onthult eerder onopgemerkte circulatie van West-Nijlvirus in Nederland.
In 2020 werd Nederland voor het eerst geconfronteerd met een uitbraak van het West-Nijlvirus (WNV), terwijl het Usutuvirus (USUV) al sinds 2016 circuleerde. Beide virussen worden vooral door muggen overgedragen en kunnen ernstige ziekten veroorzaken bij vogels en mensen. Vroege detectie en monitoring van deze virussen helpen bij het voorkomen van verdere verspreiding en het nemen van preventieve maatregelen.
Na de ontdekking van WNV in Nederland vroegen wetenschappers zich af of kinderboerderijen konden dienen als stedelijke wachtposten om de verspreiding van deze virussen te monitoren. Kinderboerderijen zijn geschikt voor virusmonitoring omdat ze vaak in stedelijke gebieden liggen en een constante populatie van dieren hebben die regelmatig in contact komen met mensen en andere dieren.
Voor het onderzoek werden gedurende een jaar kippen (n=639) van 36 kinderboerderijen en achtertuinen binnen een straal van 15 kilometer van de uitbraakgebieden bemonsterd. Hun bloed werd onderzocht op antilichamen tegen WNV en USUV. Daarnaast werden ook muggen (n=47) verzameld op de bemonsteringslocaties om hun bloedvoedingsgedrag te beoordelen en te testen of ze drager zijn van de virussen WNV en USUV.
De resultaten waren opvallend: zowel WNV als USUV werden gedetecteerd in de bloedmonsters, zelfs buiten de oorspronkelijke uitbraakgebieden. Dit toont aan dat bemonstering van kinderboerderij-kippen en muggen een waardevolle rol kan spelen in de viruscirculatie monitoring, vooral in stedelijke gebieden.
Hoewel deze studie het belang van innovatieve surveillancemethoden benadrukt en wijst op gezondheidsrisico’s die anders onopgemerkt zouden blijven, is verder onderzoek nodig om de effectiviteit van bemonstering van kinderboerderij-kippen en muggen als monitoringsinstrument volledig te begrijpen.
Meer weten over de resultaten van dit onderzoek? Lees hier het volledige artikel.
In de vorige quizvraag vroegen we jullie hoe er binnen de bestrijding van infectieziekten wordt omgegaan met privacy-uitdagingen bij rioolwatersurveillance. Het juiste antwoord, het analyseren en rapporteren van geaggregeerde data op regionaal niveau, werd door 88% van de lezers gekozen.
Welkom bij de quizvraag van deze maand!
In de rubriek ‘Publicatie in de spotlight’ heb je kunnen lezen over de rol van sentinelkippen bij het monitoren van het West-Nijlvirus (WNV). Deze kippen dienen als vroege waarschuwingssystemen voor viruscirculatie en potentiële overdracht naar de mens. Antilichamen spelen een cruciale rol in dit proces, omdat ze het immuunsysteem helpen om virussen te herkennen en te bestrijden.
Recent onderzoek heeft aangetoond dat de antilichamen tegen het usutuvirus (USUV) bij kippen na ongeveer 20 weken snel afnemen. Wat betekent dit?
Kippen kunnen na ongeveer vijf maanden minder beschermd zijn tegen een nieuwe infectie door hetzelfde virus.
Onderzoek naar antilichamen bij kippen is niet de juiste methode om de circulatie van het virus te monitoren.
8 april
10 april
Webinar
EPI Masterclass CIb RIVM van 12:30-13:30
Using Stepped Care to strategically organize eHealth and promote self-care: experiences from public sexual health care in the Netherlands.
11-15 april
24 april
24 april
Webinar
EPI Masterclass CIb RIVM van 12:30-13:30
(onderwerp volgt)
6 mei
Deadline
Subsidiecall ZonMw Infectieziektebestrijding
8 mei
CAPI Academy
Literatuur zoeken in PubMed
Wil je meer weten over CAPI? Neem een kijkje op onze website en volg ons op LinkedIn.
Welkom bij de CAPI Nieuwsbrief! In deze editie kondigen wij onze nieuwe scholingsmogelijkheid aan: de CAPI Academy! Ook neemt Dieuwertje Horsten je mee in haar PhD traject dat gaat over gonorroe bij mannen op het centrum seksuele gezondheid bij de GGD, en vertelt Chrissy Moonen over haar onlangs gepubliceerde onderzoek over het testen van Syrische migranten op hepatitis B en C. Verder geven we een overzicht van het CAPI Activiteitenplan voor 2025. Zoals altijd staat er weer een quizvraag voor je klaar en ook geven we een literatuurupdate. Tot slot zijn de aankomende evenementen en promoties toegevoegd aan de kalender. Veel leesplezier!
Wij zijn verheugd om ons nieuwste scholings-initiatief aan te kondigen: de CAPI Academy! In deze online workshops nemen we steeds een kleine groep deelnemers mee in één specifieke onderzoeksactiviteit. Het doel? Hands-on leren en jouw research-skills naar een hoger niveau tillen.
Op donderdag 8 mei van 14:00 uur tot 16:00 uur trappen we af met de eerste CAPI Academy: Literatuur zoeken in PubMed. De vraag “Heb ik nu wel alles gevonden?” komt vast bekend voor. In het grote bos genaamd ‘wetenschappelijke literatuur’, is het soms lastig om de juiste literatuur voor jouw onderwerp te vinden. In deze online workshop gaan we ‘hands on’ aan de slag met het systematisch zoeken van literatuur in PubMed onder leiding van informatiespecialist dr. Mitch van Hensbergen. Voor deze workshop neem je een eigen zoekvraag mee, waar je mee aan de slag gaat. We beginnen de workshop met een demonstratie in PubMed door de informatiespecialist. Daarna wordt de groep opgedeeld in break-out rooms, waarin je zelf gaat oefenen met het zoeken van literatuur die relevant is voor jouw vraagstuk. De informatiespecialist zal rouleren tussen de break-out rooms en helpen waar nodig. Na het uitwerken van de zoekvraag komt de groep weer bijeen om de uitwerkingen te bespreken, waarbij waardevolle tips worden gegeven om je zoekstring te verbeteren.
Wil online jij deelnemen aan deze CAPI Academy? Meld je dan aan via onderstaande link. Er zijn geen kosten aan deelname verbonden. Wees er snel bij, want het aantal plekken is beperkt!
Ik ben Dieuwertje Horsten, sinds begin 2024 werkzaam als PhD-onderzoeker bij CAPI vanuit AWPG Mosa. Mijn promotieonderzoek richt zich op gonorroe, een veelvoorkomende soa die door een toenemend aantal gevallen en antibioticaresistentie een steeds grotere uitdaging vormt. Ik onderzoek hoe we dit kunnen aanpakken met effectieve preventie, diagnostiek en behandeling.
Naast onderzoeker ben ik arts bij het Centrum Seksuele Gezondheid van GGD Brabant-Zuidoost. Hier doe ik soa- en PrEP-spreekuren en houd ik me bezig met medische supervisie en beleid. Deze combinatie van praktijk en wetenschap maakt mijn werk extra interessant!
PhD kandidaat Dieuwertje Horsten, AWPG Mosa
Op het CAPI Symposium ‘Besmettelijke Kennis’ presenteerde ik ons onderzoek naar de symptomen van gonorroe. Waar eerder onderzoek naar dit thema algemeen blijft – met onvoldoende onderscheid tussen klachten per lichaamslocatie of gebruik makend van enkel open vragen, waardoor het inzicht in het vóórkomen van verschillende symptomen beperkt is – werden in onze studie voor het eerst de aan- en afwezigheid van verschillende klachten per lichaamslocatie systematisch uitgevraagd. Dit werd gedaan tijdens 44.283 consulten met mannen die zich tussen 2011 en 2023 bij GGD Zuid-Limburg lieten testen op gonorroe.
Onze analyse laat zien dat afscheiding uit de plasbuis, pijn bij plassen en vaker plassen vaak voorkomen en sterk geassocieerd zijn met gonorroe bij de geslachtsdelen bij mannen. Bij heteromannen was dit bij respectievelijk 52% (OR 11.3, 95%BI 9.3-13.8), 57% (OR 4.8, 95%BI 3.9-5.8) en 22% (OR 2.5, 95%BI 2.0-3.1) en bij mannen die seks hebben met mannen (MSM) respectievelijk bij 27% (OR 9.0, 95%BI 8.0-10.2), 29% (OR 4.2 95%BI 3.7-4.7) en 13% (OR 2.2, 95%BI 1.9-2.6). Bij MSM zagen we ook een significante relatie tussen anale afscheiding (11%; OR 7.4, 95%BI 6.1-9.0), jeuk (14%; OR 2.5, 95%BI 2.1-2.9) en anale gonorroe, en keelklachten met gonorroe in de keel (10%; OR 1.5, 95%BI 1.2-1.8). Ook zagen we dat een groot deel van de gonorroe-infecties zonder klachten verloopt. Wanneer alleen mannen met gonorroeklachten getest zouden worden, zou slechts respectievelijk 42%, 28% en 11% van de infecties van de geslachtsdelen, anus en keel opgespoord worden. Dit benadrukt het belang van testen bij zowel mensen met als zonder klachten!
‘Het academiseren van de infectieziektebestrijding bij GGD’en’ – dat is de doelstelling van CAPI. Jaarlijks wordt binnen onze stuurgroep bepaald welke acties we gaan ondernemen om dit doel te bewerkstelligen. Inmiddels is de koers voor 2025 uitgezet, en we geven dan ook graag een overzicht van onze belangrijkste activiteiten. Heb je vragen over een van onze acties? Neem dan gerust contact op met info@capi-consortium.nl.
In de vorige nieuwsbrief vroegen we naar de beste beschrijving van de preventieparadox, zoals deze binnen de IZB wordt gezien. Binnen de IZB definiëren we de preventieparadox als: Een maatregel is op populatieniveau effectief, maar wordt door het individu als minder nuttig ervaren. Slechts 14% van de lezers gaf het juiste antwoord!
Ook werd in de vorige nieuwsbrief het artikel “Agile, on-demand rioolwatersurveillance voor virusinfecties” uitgelicht, waarbij ethische en juridische vraagstukken aan de orde kwamen. Dit zijn thema’s die regelmatig terugkeren in het kader van IZB-onderzoek. De quizvraag van deze editie is daarom:
Hoe wordt binnen de infectieziektebestrijding omgegaan met privacy-uitdagingen bij rioolwatersurveillance?
Door periodiek alle verzamelde rioolwaterdata te vernietigen om langdurige opslag van gevoelige informatie te voorkomen
CAPI PhD-kandidaat Chrissy Moonen publiceerde onlangs een artikel over een van haar onderzoeksprojecten, waarbij Syrische migranten werden uitgenodigd voor een hepatitis B en C test. In deze rubriek vertelt Chrissy meer over haar onderzoek. Wil je het volledige artikel lezen? Klik dan hier. Wij feliciteren Chrissy en co-auteurs met deze publicatie!
In sommige landen, zoals Syrië, komen hepatitis B- en C-infecties vaker voor dan in Nederland. Omdat deze infecties vaak jarenlang onopgemerkt blijven en ernstige leverschade kunnen veroorzaken, is testen van groot belang. In dit onderzoek nodigden we Syrische migranten van 16 jaar en ouder, woonachtig in Heerlen en Maastricht, uit voor een gratis hepatitis B en C test. De uitnodigingen werden per post verstuurd op basis van gemeentelijke registraties.
Ongeveer een derde van de uitgenodigden deed mee aan de test—een hogere opkomst dan bij vergelijkbare onderzoeken. Dit succes is waarschijnlijk te danken aan onze brede aanpak, gebaseerd op focusgroepen en literatuuronderzoek. Zo verspreidden we onder andere meertalige posters en werkten samen met moskeeën om de bekendheid van het onderzoek te vergroten.
Deelnemers waardeerden de vingerpriktest, omdat deze snel en vrijwel pijnloos was. Er werden geen actieve infecties gevonden. Taal en cultuur speelden een grote rol: meertalige materialen en cultuur sensitieve tolken waren essentieel. De meeste deelnemers spraken geen Nederlands en vulden de vragenlijst in het Arabisch in. In vervolgonderzoek richten we ons op een mogelijk meer duurzame benadering, namelijk het integreren van testen in een bestaand zorgmoment.
Welkom bij onze literatuurupdate! Hier vind je wetenschappelijke artikelen, vers van de pers, die relevant zijn voor jou als professional in de wereld van infectieziekten.
In een tijd waarin voortdurend onderzoek wordt gedaan naar infectieziekten(bestrijding), is het essentieel om op de hoogte te blijven van de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen.
Daarom hebben wij een literatuurlijst samengesteld met een selectie van artikelen die speciaal relevant zijn voor IZB-medewerkers. Elke twee maanden vullen wij deze lijst aan. Deze keer hebben we 16 artikelen toegevoegd. Bekijk hier de literatuurlijst.
Wil je meer weten over de samenstelling van deze lijst? Neem een kijkje op onze website of stuur een e-mail naar info@capi-consortium.nl.
… er dit jaar op 4 maart een nieuwe ronde voor het programma Infectieziektebestrijding 2025-2030 is geopend door ZonMw? Deze oproepen stimuleren wetenschappelijk onderzoek en helpen bij het ontwikkelen van effectieve preventie- en bestrijdingsstrategieën.
13 maart
18 maart
18 maart
25 maart
27 maart
Webinar
EPI Masterclass CIb RIVM van 12:30-13:30
(onderwerp volgt)
1 april
Deadline
RIVM regioprojecten voorjaarsronde
1 en 2 april
8 april
10 april
Webinar
EPI Masterclass CIb RIVM van 12:30-13:30
(onderwerp volgt)
11-15 april
24 april
24 april
Webinar
EPI Masterclass CIb RIVM van 12:30-13:30
(onderwerp volgt)
Wil je meer weten over CAPI? Neem een kijkje op onze website en volg ons op LinkedIn.
Welkom bij de februari-nieuwsbrief van CAPI! Uiteraard blikken wij in deze nieuwsbrief terug op het CAPI Symposium en ook vind je de aankondiging van het volgende CAPI Café over wet- en regelgeving bij infectieziekte-onderzoek. Daarnaast vertelt CAPI onderzoeker Merve Spronk over haar onderzoek naar gezondheidsongelijkheden bij infectieziekten, en stelt CAPI managementassistente Tamara Kleine zich voor. Ook hebben we een nieuwe quizvraag, is de kalender bijgewerkt, en staat er een nieuwe publicatie in de spotlight. Veel leesplezier!
Op donderdag 30 januari vond de tweede editie van het CAPI Symposium plaats—een leerzame en inspirerende dag die in het teken stond van onderzoek naar infectieziekte(bestrijding).
De ochtendkeynote werd verzorgd door Prof.dr. Maarten Schim van der Loeff, bijzonder hoogleraar epidemiologie van seksueel overdraagbare infecties bij het UMC Amsterdam, met zijn presentatie “Is voorkomen beter dan genezen?”. Hij belichtte beide kanten van deze vraag. Ja, preventie is bewezen effectief, vooral bij vaccinaties, maar hoe zit het met preventief antibioticagebruik, bijvoorbeeld bij doxy-PrEP? Hij besprak de uitdagingen van preventie, zoals het risico op antibioticaresistentie, en benadrukte het belang van nuance en kritisch nadenken.
Tijdens de parallelsessies gaven 37 onderzoekers presentaties over uiteenlopende thema’s, van uitbraakonderzoeken en vaccinatiebereidheid tot seksuele gezondheid en testen & screenen. Elke sessie bood ruimte voor boeiende discussies en waardevolle uitwisseling tussen de sprekers en het publiek. Er werden veel nieuwe ideeën gedeeld en inspiratie opgedaan. Regelmatig klonk vanuit de sprekers het antwoord: “Goede vraag, ik ga dit verder uitzoeken,” terwijl in het publiek enthousiast aantekeningen werden gemaakt. Gesprekken werden vol op voortgezet tijdens de pauzes. Deelnemers en sprekers wisten elkaar goed te vinden voor verdere verdieping en netwerkmogelijkheden.
De tweede keynote spreker, wetenschapsjournalist Jop de Vrieze, actief bij onder anderen de Groene Amsterdammer en NTVG, gaf een interactieve presentatie over “Dealen met de media”.
Na uitwisseling over ervaringen met de media vanuit het publiek, gaf hij een aantal inzichten over omgaan met de media: de media werken goed met duidelijke feiten en transparantie over wat (nog) onbekend is. Het is belangrijk om als onderzoeker aan te geven waar de eigen expertise stopt en helder te communiceren over wanneer er meer informatie beschikbaar komt. Zijn tip: vermijd “beleidstaal” en probeer niet de taal of insteek van het nieuwsbericht te controleren—al is factchecken van het artikel wel van belang.
Het CAPI Symposium onderstreepte het belang van samenwerken, de meerwaarde van het delen van voorlopige onderzoeksresultaten, en toonde een mooi overzicht van lopend onderzoek binnen GGD’en en AWPG’en. Voor onderzoekers is het een waardevolle stap om resultaten te delen met de GGD-praktijk en relevante doelgroepen. Tegelijkertijd is het een goed moment om stil te staan bij andere manieren van kennisdeling en het verspreiden van resultaten naar de juiste doelgroepen. Hierover lees je meer in het CAPI Stappenplan voor kennisdisseminatie.
Namens CAPI bedanken we alle sprekers voor hun inzet en alle deelnemers voor hun enthousiaste bijdrage. Wij kijken terug op een geslaagde dag—hopelijk jullie ook! Tot volgend jaar!
Ik werk sinds 2024 als PhD student bij de GGD Amsterdam bij AWPG Het Sarphati Initiatief. Ik focus met name op gezondheidsongelijkheid bij infectieziekten. Factoren zoals armoede, ongelijkheid en sociale determinanten van gezondheid verhogen de prevalentie en incidentie van infectieziekten en belemmeren de effectiviteit van preventieve maatregelen.
Om de preventie van infectieziekten in de algemene bevolking te optimaliseren, is het belangrijk om inzicht te hebben in de distributie en interacties van determinanten van infectieziekten in belangrijke doelgroepen. Mijn PhD-project bestudeert deze patronen met betrekking tot twee thema’s: 1) post-COVID onder groepen met een migratieachtergrond; en 2) kinkhoestvaccinatie bij zwangere vrouwen en hun kinderen.
Ik zal binnenkort mijn eerste studie over de prevalentie en determinanten van post-COVID onder zes etnische groepen in Amsterdam afronden. Ik ben ook van plan om mijn tweede studie, die zich richt op post-COVID en langdurige uitkomsten zoals ernstige vermoeidheid en depressie in dezelfde studiepopulatie, dit jaar af te ronden. Tegelijkertijd voeren we studies uit naar de mogelijke factoren die de opkomst van maternale kinkhoestvaccinatie beïnvloeden in verschillende etnische groepen, in samenwerking met verschillende studiegroepen van GGD Rotterdam, RIVM SocioVax en verschillende afdelingen van GGD Amsterdam. Na deze studies ben ik van plan een kwantitatieve studie over maternale kinkhoestvaccinatie op te zetten. Tegen het einde van mijn PhD-project wil ik meerdere uitgebreide studies uitgevoerd hebben met als doel ons begrip van ongelijkheden in infectiepreventie te vergroten, met name bij groepen met een migratieachtergrond. Op deze manier hoop ik bij te dragen aan het verminderen van ongelijkheden in de infectieziektepreventie.
Ik heb geneeskunde gestudeerd aan de Selçuk Universiteit in Turkije. Daarna heb ik mijn specialisatie in huisartsgeneeskunde behaald aan de Dokuz Eylül Universiteit. Ik ben in 2020 naar Nederland gekomen om bij mijn man te gaan wonen. Hier heb ik epidemiologie gestudeerd aan de Universiteit Utrecht en besloot ik mijn carrière als onderzoeker voort te zetten. Ik ben met name geïnteresseerd in het bijdragen aan de opbouw van een inclusievere en effectievere publieke gezondheidszorg. Ik vind het leuk om verschillende kwantitatieve onderzoeksmethoden te integreren, met sociale wetenschappen om een meer holistisch begrip van volksgezondheidskwesties te ontwikkelen en de gezondheidresultaten van verschillende bevolkingsgroepen te verbeteren.
In mijn vrije tijd maak ik graag muziek en schilder ik. Ik geloof dat mijn medische opleiding een aanzienlijke invloed heeft gehad op de kunst die ik creëer. De afgelopen twee jaar heb ik deelgenomen aan de “I Art My Science”-tentoonstelling van de Universiteit Utrecht (Merve Spronk | IAMS). Ook geniet ik van reizen, het luisteren naar podcasts over geschiedenis, filosofie en de computerspellen die ik speel.
Er staat weer een hybride CAPI Café gepland! Deze editie vindt plaats op 11 maart van 12:00-13:00 bij de GGD Amsterdam. Dr. Marjolein Booij, onderzoekscoördinator bij de afdeling infectieziekten van GGD Amsterdam, neemt ons mee in de geldende wet- en regelgeving bij het doen van medisch wetenschappelijk onderzoek met mensen. Daarbij richt zij zich op infectieziekte-onderzoek op de GGD. Welke processen moeten worden doorlopen voorafgaand aan het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek, zodat voldaan wordt aan wet- en regelgeving (o.a. WMO, AVG, WGBO)?
Marjolein licht deze stappen toe en verwijst naar relevante informatiebronnen, zoals websites, maar ook naar bepaalde medewerkers die vanuit hun expertise de onderzoekers kunnen adviseren. Onderwerpen die aan bod komen zijn het verschil tussen WMO en niet-WMO plichtig onderzoek, het DPIA-proces, nader gebruik van data (zoals retrospectief onderzoek met zorgdata) en het verschil tussen pseudonieme en anonieme data. Ben je er ook bij op 11 maart? Meld je dan aan! Je kunt zowel online als fysiek deelnemen.
In de vorige quizvraag hebben we jullie gevraagd wat jullie graag (vaker) terug willen zien in de nieuwsbrief. Hieruit kwam duidelijk naar voren dat jullie graag meer informatie over lopend of afgerond CAPI onderzoek ontvangen, en dat de literatuurupdate vaker terug mag komen. We gaan kijken hoe we dit kunnen verwerken in de nieuwsbrief, en willen jullie bedanken voor de input!
Tijdens het symposium stond Prof.dr. Maarten Schim van der Loeff stil bij het belang van preventie. Hoewel de algehele conclusie van zijn presentatie was dat voorkomen beter is dan genezen (met een aantal nuances), blijkt preventie in de praktijk ingewikkeld. Dit komt onder andere door de zogenoemde preventieparadox. Daarom is de quizvraag van deze nieuwsbrief:
Wat is de meest passende beschrijving van de preventieparadox, zoals we deze zien binnen de infectieziektebestrijding?
Een maatregel is op populatieniveau zeer effectief, maar kan door het individu als minder nuttig worden ervaren, zoals bijvoorbeeld een vaccinatie.
Als maatregelen in het verleden efficiënt succesvol zijn geweest en de dreiging van een infectieziekte is afgenomen, kunnen mensen minder geneigd zijn om de maatregelen te blijven volgen omdat ze het risico op het krijgen van de infectieziekte als laag inschatten.
Succesvolle preventie leidt vaak tot een situatie waarin beleidsmakers en het publiek het belang van preventie onderschatten. Hierdoor kunnen financiering en implementatie van preventieve strategieën in gevaar kunnen komen.
Mijn naam is Tamara Kleine en sinds 2019 werk ik met veel enthousiasme bij de GGD Zuid-Limburg. Ik ben gestart bij het secretariaat van SIM (Seksuele Gezondheid, Infectieziektebestrijding en Milieu), en in 2023 heb ik de overstap gemaakt naar de Academische Werkplaats Publieke Gezondheid Mosa.
Deze verandering heeft gezorgd voor meer uitdaging en nieuwe werkzaamheden, die ik met veel plezier uitvoer. Momenteel vervul ik de functie van managementassistent voor zowel AWPG Mosa als CAPI.
Mijn werkzaamheden zijn divers en omvatten onder andere het bieden van ondersteuning aan CAPI en de AWPG Mosa, het notuleren van vergaderingen, het ondersteunen van verschillende projecten en het uitvoeren van organisatorische en administratieve taken. Wat ik vooral waardeer in mijn werk, is de afwisseling, het contact met collega’s, en de mogelijkheid om als aanspreekpunt te fungeren en problemen op te lossen. Ik geniet van de fijne samenwerking met mijn collega’s en de uitdaging die het meebrengt om nieuwe taken op te pakken. Daarnaast neem ik ook deel aan de Ondernemingsraad (OR) bij de GGD Zuid-Limburg.
Donderdag 30 januari is het CAPI Symposium geweest. Hier heb ik de CAPI-collega’s ondersteund bij onder andere de accreditatieaanvraag, het versturen van de uitnodiging, en ben ik die dag zelf aanwezig geweest als host.
In mijn vrije tijd breng ik graag tijd door met vrienden en familie.
Elke twee maanden zetten we een publicatie uit de tweemaandelijkse literatuur update in de spotlight! In deze nieuwsbrief lichten we het artikel “Agile, on-demand wastewater surveillance of virus infections to support pandemic and outbreak response in Rotterdam-Rijnmond, the Netherlands, 2020 to 2022” uit, dat is geschreven door Emma Besijn, Jane Whelan, Paul Bijkerk, Gregorius J Sips, Jeroen Langeveld, Ray W Izquierdo-Lara, Elvira van Baarle, Remy Schilperoort, Marion P G Koopmans, Miranda de Graaf, Gertjan Medema, en Ewout Fanoy.
Rioolwatersurveillance kan een krachtige manier zijn om infectieziekten vroegtijdig te signaleren. Door rioolwater te bemonsteren en in het lab pathogenen te identificeren, kunnen uitbraken snel worden opgespoord en infectietrends in kaart worden gebracht. Vaak wordt zo’n proces uitgevoerd bij grote waterzuiveringsinstallaties met dure apparatuur. Kleinschaligere toepassingen, zoals in rioolputten, zouden echter kansen bieden om lokaal transmissie inzichtelijk te maken en gericht actie te kunnen ondernemen.
Recent zijn kleine, goedkope en eenvoudig te gebruiken passieve samplers ontwikkeld, gevalideerd voor SARS-CoV-2 detectie. De vraag is echter: hoe toepasbaar en betrouwbaar zijn ze? Om dit te onderzoeken heeft de GGD Rotterdam-Rijnmond zes pilotstudies uitgevoerd, waarin ‘on-demand’ rioolwatersurveillance werd toegepast voor SARS-CoV-2 (inclusief varianten) en Mpox. In deze studies werden deze kleine passieve samplers in rioolbuizen geplaatst en monsters met PCR geanalyseerd.
De resultaten zijn veelbelovend. Lokale transmissieplekken van SARS-CoV-2 werden succesvol geïdentificeerd, Omicron-varianten werden snel gedetecteerd en er werd geen opkomende Mpox-transmissie vastgesteld. Passieve bemonstering blijkt daarmee een betrouwbare methode voor plaatselijke surveillance. Een groot voordeel van passieve bemonstering ten opzichte van andere vormen van rioolwatersurveillance is dat het mogelijk maakt om kleine of lokale populaties in beeld te brengen die zich mogelijk in kwetsbare situaties bevinden. Echter spelen er daarbij ook ethische en juridische vraagstukken. Het is daarom ook essentieel om gemeenschappen vroeg te betrekken, samen te werken met belanghebbenden, en duidelijke protocollen op te stellen voor bemonstering, datagebruik en privacy.
Dit onderzoek bevestigt de toepasbaarheid en haalbaarheid van passieve bemonstering voor real-time surveillance van infectieziekten. Deze surveillance-methode zou ook breder kunnen worden toegepast op meerdere pathogenen. Een innovatieve stap naar gerichte, real-time infectieziektebestrijding!
Meer weten over de resultaten van dit onderzoek? Lees hier het volledige artikel.
13 februari
Symposium
1ste Nederlandse Vaccinatiedag
13 februari
14 februari
9 maart
Deadline
Indienen abstracts/posters voor transmissiedag RIVM
10 maart
Webinar
NVIB Wetenschapscommissie Webinar:
Hoe organiseer je een succesvolle journalclub?
11 maart
13 maart
Webinar
EPI Masterclass CIb RIVM (onderwerp volgt)
18 maart
25 maart
Symposium
RIVM Transmissiedag
27 maart
Webinar
EPI Masterclass CIb RIVM (onderwerp volgt)
Wil je meer weten over CAPI? Neem een kijkje op onze website en volg ons op LinkedIn.
Welkom bij de eerste CAPI Nieuwsbrief van het nieuwe jaar, waarin wij allereerst iedereen een heel gezond en gelukkig 2025 wensen! In deze nieuwsbrief blikken we terug op wat we vorig jaar gedaan hebben en hebben we het over de financiering voor 2025. Ook horen we graag wat jullie dit jaar (meer) terug willen zien in de nieuwsbrief; kijk hiervoor bij de quizvraag! Daarnaast stellen programmaleider Jeannine Hautvast en communicatieadviseur Stijn van Hall zich voor, geven we een update over recente literatuur en sluiten we de nieuwsbrief af met de kalender voor de komende twee maanden.
2025 is gestart, maar we nemen nog even de tijd om terug te blikken op 2024: een jaar vol groei, kennisdeling en verbinding voor CAPI.
2024 begon feestelijk met het eerste CAPI symposium “besmettelijke kennis”, waar 32 onderzoekers inspirerende presentaties gaven voor ruim 170 bezoekers. Ook werden begin 2024 nieuwe onderzoeksprojecten gestart: 8 PhD-kandidaten en 9 jaaronderzoekers gingen aan de slag met uiteenlopende projecten.
Voor de aftrap van deze projecten organiseerden we een kick-off bijeenkomst, waar onderzoeksplannen enthousiast werden gedeeld. We sloten het jaar af met een wrap-up voor de jaaronderzoekers, waarin we samen nadachten over hoe de onderzoeksresultaten het beste in de praktijk konden landen.
Daarnaast vonden er drie CAPI cafés plaats: interactieve hybride lunchbijeenkomsten met 70 tot 130 deelnemers (IZB-medewerkers van het hele land) per sessie. Ook deelden we drie masterclasses met als thema “van praktijkprobleem naar wetenschappelijke publicatie” en organiseerden we samen met ImpactAll communicatie- en presentatietrainingen. In 2024 werd tevens een privacywerkgroep opgezet, die fungeert als platform voor het delen van juridische obstakels en privacydocumenten. Verder organiseerden we meedenksessies met GGD’en om knelpunten en benodigdheden rondom het doen van wetenschappelijk onderzoek te bespreken.
Onze website, gelanceerd in januari 2024, heeft inmiddels al 2300 bezoekers bereikt, en deze nieuwbrief wordt maandelijks door maar liefst 375 abonnees gelezen! Dank aan alle lezers, geïnteresseerden, en deelnemers aan onze evenementen voor jullie enthousiasme van afgelopen jaar. Met frisse energie gaan we 2025 tegemoet en blijven we ons inzetten voor onze activiteiten en doelen!
Ik ben Jeannine Hautvast, arts M+G, en ik werk bij de GGD Gelderland-Zuid als één van de artsen van het team Infectieziekten. Daarnaast werk ik bij de afdeling Eerstelijnsgeneeskunde van het Radboudumc als senior-onderzoeker en docent.
Samen met een andere academische werkplaats hebben we in januari 2023 CAPI opgezet en sinds die start ben ik betrokken als projectleider. Ik ben coördinator van de academische werkplaats publieke gezondheid AMPHI, thema Infectieziekten.
Bij AMPHI begeleid ik samen met een team van senior-onderzoekers promovendi, junior-onderzoekers, 2e fase aios, en studenten bij hun onderzoek. Daarnaast adviseren we GGD-onderzoekers van de AMPHI-GGDen bij hun RIVM-regio projecten en organiseren we regelmatig voor de GGDen onderzoekwebinars (de tele-ARENA’s). De vijf werkplaatsen, die bij CAPI betrokken zijn, zijn allemaal in 2006 gestart, en hebben vanuit de startsubsidie toendertijd een mooie basis gelegd voor het doen van praktijk-gebaseerd infectieonderzoek. Nu hebben we met de VIP-subsidie kunnen uitbouwen naar nog meer geïnteresseerde GGD-medewerkers die zich willen ontwikkelen tot onderzoeker en hebben we gezamenlijk ons kunnen richten op een nog bredere set van relevante onderzoeken.
En als laatste nog klein tipje van mijn privéleven: om de drukte van mijn werk van me af te laten glijden, doe ik aan Pilatus, ga naar de sportschool, zing ik in een klassiek koor, en word ik blij van (meerdaagse) wandelingen.
We zijn ontzettend blij om te kunnen melden dat CAPI in 2025 wederom bijna 4 miljoen euro van het Ministerie van VWS ontvangt! Hierdoor kunnen we ons blijven inzetten om de academisering van de infectieziektebestrijding bij GGD’en te versterken. Dit betekent ook dat de 16 PhD trajecten die de afgelopen twee jaar bij de verschillende werkplaatsen zijn gestart, in 2025 worden voorgezet. Ook starten er twee onderzoekers in 2025 bij AWPG Lumens.
Daarnaast zetten we de middelen in om scholing op het gebied van wetenschappelijk onderzoek te blijven organiseren en om kennis van infectieziekte-onderzoek voor én door GGD’en te delen. Als CAPI stuurgroep zijn we ontzettend opgelucht dat we in 2025 door kunnen blijven gaan met onze activiteiten. Het blijft wel spannend of we het programma ook op de lange termijn mogen voortzetten.
In de vorige nieuwsbrief stelden we jullie een kerstige quizvraag, die ging over het effect van een kerstbezoek aan de schoonfamilie op de darmflora. In een onderzoek werd een afname van de ruminococcus-bacterie in de darmflora gevonden, wat ook bij stress en depressie wordt gezien. Van alle lezers die de quizvraag hebben beantwoord, gaf 65,5% het juiste antwoord!
Met de start van het nieuwe jaar willen we graag horen wat onze lezers interessant vinden om terug te zien in de CAPI nieuwsbrief. Daarom vragen we jullie:
Wat voor inhoud zou je graag (meer) zien in de CAPI nieuwsbrief?
Informatie over lopend/afgerond CAPI onderzoek
Literatuurupdate van relevant IZB onderzoek
Informatie over onderzoeksmethoden
Updates over acties van CAPI
Andere suggesties? Mail ons via: info@capi-consortium.nl
Ik ben Stijn van Hall, communicatieadviseur voor CAPI en AWPG Mosa vanuit GGD Zuid-Limburg. In de communicatie voor CAPI raak ik geïnspireerd door de passie van alle onderzoekers en de waardevolle inzichten die uit de onderzoeken komen. Als ik kan bijdragen aan het succes van het onderzoek door een vertaling naar de praktijk, het bereiken van de juiste doelgroepen en het verbinden van mensen en kennis ga ik vrolijk naar mijn werk.
Deze nieuwsbrief is een van de resultaten van mijn werk bij CAPI. Ik hoop dat jij als lezer ook inspiratie en waardevolle inzichten uit deze nieuwsbrief haalt. Heb je suggesties of ideeën voor deze nieuwsbrief laat het mij dan vooral weten. Communicatie is tegenwoordig niet voor niets een interactief vakgebied.
Buiten mijn werk geniet ik van verhalen in elke vorm. Van boek tot film en van podcast tot spel. Ik ben dan ook vaak terug te vinden in het filmhuis Lumière in Maastricht, met een goed boek op de bank of bij vrienden met een tafel vol spel en avontuur.
Welkom bij onze literatuurupdate! Hier vind je wetenschappelijke artikelen, vers van de pers, die relevant zijn voor jou als professional in de wereld van infectieziekten.
In een tijd waarin voortdurend onderzoek wordt gedaan naar infectieziekten(bestrijding), is het essentieel om op de hoogte te blijven van de nieuwste wetenschappelijke ontwikkelingen.
Daarom hebben wij een literatuurlijst samengesteld met een selectie van artikelen die speciaal relevant zijn voor IZB-medewerkers. Elke twee maanden vullen wij deze lijst aan. Deze keer hebben we 18 artikelen toegevoegd. Bekijk hier de literatuurlijst.
Wil je meer weten over de samenstelling van deze lijst? Neem een kijkje op onze website of stuur een e-mail naar info@capi-consortium.nl.
23 januari
Deadline
Aanmelden CAPI Symposium
27 januari
30 januari
13 februari
Symposium
1ste Nederlandse Vaccinatiedag
Wil je meer weten over CAPI? Neem een kijkje op onze website en volg ons op LinkedIn.